Alles wat je moet weten over de bestrijding van PIA
Lawsonia intracellularis
De bron van PIA
De bacterie reist vanuit de zeugenstapel vaak mee naar de biggen en vervolgens naar de vleesvarkens. Hij wordt daarom soms aan het einde van de biggenopfok al gevonden. Maar ook op het vleesvarkensbedrijf kan de het zich goed in de omgeving handhaven. De vleesvarkens worden vroeger of later besmet. Ze zijn dan aan het einde van de mestperiode grotendeels met de bacterie in aanraking gekomen en testen dan serologisch positief. De opname van voedingsstoffen uit het voer wordt tijdens de ziekte, die bij een individueel dier enkele weken duurt, ernstig bemoeilijkt. Zieke dieren scheiden de bacterie gedurende gemiddeld vier weken uit in de mest, waardoor uiteindelijk het gehele koppel besmet wordt.
Verschijningsvormen en verschijnselen
We onderscheiden in grote lijnen twee verschijningsvormen:
- Acute PIA
Het meest opvallende is de acute PIA waarbij (vooral oudere) vleesvarkens plotseling dood gaan. Bij hen wordt teerachtige bloederige mest gevonden. Het kadaver is bleek. In de teerachtige mest worden extreem grote hoeveelheden van de Lawsonia-bacterie aangetroffen. Acute PIA wordt vaker gezien na stressmomenten, maar ook na extreem weer (hittegolf).
- Chronische PIA
Meestal heb je echter te maken met chronisch PIA. Daarbij zie je veelal in de eerste twee maanden na het opleggen dunne mest in de hokken. In de dunne mest vind je wat hogere aantallen Lawsonia-bacteriën. Bij deze vorm zijn delen van het darmslijmvlies chronisch ontstoken waardoor het voedsel slecht verteert. In een koppel wordt deze dunne mest gedurende enkele weken achtereen gevonden. Daardoor wordt de groei en voederconversie (ongemerkt) slechter. Opmerkelijk is dat op bedrijven met plots dode varkens door acute PIA, het infectiemoment in de koppel pas laat (vanaf halverwege de mestperiode) gevonden wordt. Indien jonge dieren tijdig voldoende antistoffen krijgen, bijvoorbeeld door vaccinatie, zie je dit beeld niet.