Verplichte digitale mestbon uitgesteld naar 2022
Tijdens het mestdebat begin november van dit jaar waarschuwde CDA Tweede Kamerlid Jaco Geurts al dat invoering per 1 januari van komend jaar tot grote problemen zou kunnen leiden. De minister was tot dat moment echter van mening dat de invoering van de verplichte digitale mestbon per 1 januari 2020 geen verrassing kon zijn, aangezien dit voornemen in 2019 al was bekend gemaakt.
Grootschalige systeemwijziging
Uit de technische voorbereidingen voor invoering van het systeem is echter naar voren gekomen dat het niet verstandig is om het systeem nu in één keer voor de gehele mestmarkt in te voeren, schrijft de minister nu in de Kamerbrief. Het gaat om een grootschalige systeemwijziging die enkele tienduizenden bedrijven en circa een miljoen mesttransporten per jaar raakt en een forse verandering met zich brengt voor de werkwijze van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) en de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl).
Om dit in goede banen te leiden wordt de komende periode gewerkt aan een implementatieplan dat in overleg met de sector wordt opgesteld. Het voornemen is eerst een testfase te doorlopen voor het ‘droogoefenen’ / ’schaduwdraaien’ naast het bestaande systeem van verantwoording van dierlijke mesttransporten, gevolgd door een of meer pilots, waarmee de werking van het nieuwe systeem in samenwerking met de sector wordt getest. Op basis daarvan kan het systeem breed uitgerold kan worden.
Komende herfst
De uitkomsten van de test- en pilotfase zijn bepalend voor de wijze van invoering van de digitale mestbon. Officieel het registratiesysteem Vervoer Dierlijke Meststoffen (rVDM) genoemd. Minister Schouten gaat er nu vanuit dat het rVDM na afloop van het mestseizoen 2021 voor alle ondernemers en transporten uitgerold kan worden. Door de maanden na het uitrijseizoen, waarin relatief weinig mesttransporten plaatsvinden, te benutten voor de brede uitrol van het systeem naar alle ondernemers, kan het systeem in een relatief rustige periode op ieder bedrijf worden toegepast en kunnen eventuele kinderziektes worden verholpen voordat het uitrijdseizoen in 2022 van start gaat, aldus de minister in de Kamerbrief.