Aanhoudend stijgende grondstofprijzen zorgen voor hogere mengvoerprijzen

Het Amerikaans ministerie van landbouw (USDA) presenteerde dinsdag onder andere de Wasde (de maandelijkse analyse van de productie, consumptie en voorraden van granen en oliehoudende zaden). Hieruit blijkt dat de wereldwijde eindvoorraden van tarwe voor het verkoopseizoen 2020/21 met 3,3 miljoen ton dalen tot 313,2 miljoen ton. Reden hiertoe is een verminderd aanbod en een toegenomen voerconsumptie. De wereldwijde eindvoorraden voor maïs verlaagde de Wasde met 5,13 miljoen ton tot 283,83 miljoen ton. De wereldwijde soja eindvoorraden zijn met 1,33 miljoen ton verlaagd tot 84,31 miljoen ton. Ook publiceerde de USDA de kwartaalrapportage over de graanvoorraden. Hieruit blijkt dat de totale Amerikaanse graanreserves met 45,5 miljoen ton 9 procent lager uitvallen. De eerste raming voor het areaal wintertarwe voor de oogst 2021/2022 stijgt met 5 procent jaar-op-jaar tot 31,99 miljoen acres (12,95 miljoen hectare).

China

De conclusies over de tarweproductie en -voorraden hebben een prijsstuwend effect. Er is sprake van een overschot en stijgende tarwevoorraden. Echter deze zijn voor meer dan de helft in Chinees bezit. De Europese tarwemarkt blijft krapper dan de wereldmarkt en kampt met dalende voorraden, dit betekent een klein tekort op de tarwevoorraad. De uitkomsten van het rapport zorgen ook voor verder stijgende maisprijzen. Droogte in Europa en Oekraïne en stormen in de USA zorgen voor een klein tekort (-1,8 procent) op de maismarkt. Argentinië rekent op een lagere maisopbrengst van 3,2 procent en Brazilië van bijna 1 procent. Mondiaal gezien zijn de maisvoorraden hoog. Echter ook hiervan is eind dit jaar 67,5 procent in handen van China. Ook wat betreft soja hebben de uitkomsten van het rapport een neutraal tot prijsopdrijvend effect. Het USDA verwacht voor 2020/2021een (weliswaar klein) tekort op de sojamarkt.

Verdere stijging

Voor varkenshouders zijn dit geen gunstige berichten, zeker niet ten tijden van de huidige zeer lage opbrengstprijzen. „De verwachting is dat de hoge graan- en sojaprijzen de komende tijd zullen aanhouden en mogelijk nog verder zullen stijgen. Dit gaan de varkenshouders merken in een (verdere) stijging van de mengvoerprijzen.” Dat is de verwachting van Antoine van Loon. Hij is commercieel manager bij de diervoedergrondstoffen tak van Voergroep Zuid. Hij onderbouwt zijn voorspelling door te wijzen naar enkele bepalende factoren. „Met de granen en eiwitten zitten we in een wereldmarkt. Tal van factoren beïnvloeden de prijzen van deze grondstoffen. Naast de oogstopbrengsten en -verwachtingen ook bijvoorbeeld exportheffingen. Daarnaast zijn nogal wat speculanten op deze markten actief. Verder is China een bepalende factor. Ondanks haar grote voorraad blijft dit land granen opkopen. Dit is terug te zien in een record tarwe-export vanuit de VS richting China. Verder zetten landen als Argentinië en Rusland de rem op de tarwe-export. Zo introduceert Rusland vanaf 1 februari een exportheffing op iedere ton tarwe van 25 euro en mogelijk zelfs 50 euro. Dit zorgt voor een lager tarwe-aanbod op de wereldmarkt en daardoor waarschijnlijk hogere prijzen,” aldus de verwachting van Antoine van Loon.

Geen daling

Volgens Van Loon dalen normaliter de graanprijzen in de periode voor de nieuwe oogst. „Afgelopen voorjaar bleven de tarwe- en gerstprijzen op hetzelfde niveau om na de oogst verder te stijgen.” Ook de noteringen van sojaschroot stegen fors tot ruim 400 dollar per bushel en bereikten hiermee een niveau wat we sinds juni 2015 niet meer hebben gezien.

Hogere mengvoerprijzen

Het doorberekenen van deze prijsstijgingen in de mengvoerprijzen hebben de meeste mengvoerfabrikanten nog kunnen beperken. Mengvoerproducenten kopen hun grondstoffen immers steeds enkele maanden vooruit in. Dus tegen lagere prijzen dan de actuele. Van Loon: „Daardoor is de stijging van de mengvoerprijs nog beperkt gebleven. Echter alle voerfabrikanten moeten hun grondstofvoorraden aanvullen. En dat tegen de hogere prijzen.” Dit betekent dat de veehouders de komende weken worden geconfronteerd met hogere bedragen op de factuur van hun voerleverancier.

Niet te voorspellen

In december 2019 bevond de vleesvarkensprijs zich nog boven de twee euro, nu is deze gehalveerd. Antoine van Loon: „Een jaar geleden was de situatie, waarin we nu verkeren, niet te voorspellen. Toen beurden de varkenshouders topprijzen en voorspelden tal van specialisten dat dit hoge prijsniveau nog wel even zou aanhouden. Dit mede ook gezien de situatie in China, die de varkensstapel weer moest gaan opbouwen. Echter het coronavirus heeft de markt gigantisch verstoord. Lagere vleesconsumptie door de lockdown in tal van landen, slachterijen die hun capaciteit niet geheel konden benutten of zelfs tijdelijk moesten sluiten als gevolg van corona-uitbraken onder hun medewerkers. En als klap op de vuurpijl ook nog de AVP-uitbraak bij wilde zwijnen in Duitsland.”