‘Varkenshouders voorbeeld in aanpak virusbestrijding’
„De kans is reëel dat een nieuwe wereldwijde epidemie in onze eigen regio zal ontstaan.” Dat stelt bioloog Herwig Leirs van de Universiteit Antwerpen. „De kans op de uitbraak van een nieuwe pandemie is het grootst in de tropen, door de grote biodiversiteit en bevolkingsdichtheid, maar ook bij ons in West-Europa. Want hier combineren we drie risico's: intensieve veehouderij, een hoge bevolkingsdichtheid en, wat bacteriële infecties betreft, een hoge antibioticaresistentie in de veestapel. Gelukkig is het antibioticagebruik de jongste jaren sterk afgenomen”, aldus Leirs. Professor Hans Nauwynck van de faculteit Diergeneeskunde vakgroep virologie van de universiteit van Gent (UGent) weerlegt de visie dat boerderijdieren een verhoogd risico vormen als mogelijke bron van een nieuw virus. „Om nu naar de landbouwsector te wijzen als mogelijke bron van een nieuw virus, is een kaakslag, en nog onterecht ook. Ook menselijk gedrag en invasie van wilde natuur spelen een rol.”
Dieren bubbels
Een groot voordeel van onze veestapel is volgens Nauwynck dat ze bedrijfsmatig in bubbels leven. „En als we kijken naar de mens, dan zien we toch een heel ander verhaal, zelfs nu, tijdens de corona-pandemie. Virussen zoals bijvoorbeeld de Afrikaanse varkenspest (AVP) kunnen we redelijk goed beheersen. ‘Beheersen’ is niet meteen een term die je op de huidige covid-19 crisis kunt plakken”, aldus Nauwynck.
Een rol
Nauwynck erkent wel dat dieren een rol kunnen spelen in het verspreiden of overdragen van virussen. Volgens hem is de mens echter een veel sterkere mixer en verspreider van infecties dan onze veestapel. „Op bedrijven waar dieren worden gehouden heersen zeer strenge bioveiligheidsmaatregelen gericht op verspreiding van ziekten tegen te gaan.”
Weerleggen
Nauwynck weerlegt niet dat een veestapel een mogelijke bron kan zijn van een virus. „Maar om nu te zeggen dat al die virussen gaan overspringen naar de mens, dat is niet waar. Het covid-19 virus komt ook niet vanuit de intensieve veeteelt, maar vanuit het wild. Ook het vogelgriepvirus bijvoorbeeld, komt voornamelijk voor bij wilde, migrerende vogels.”
Onredelijk
Tegenover Vilt.be onderstreept professor Nauwynck dat het onredelijk is om één mogelijke bron van nieuwe virussen als waarschijnlijker aan te nemen dan een andere. „Zowel het gedrag van de mens, als de intensieve veehouderij, als de overdracht vanuit het wild zijn plausibele bronnen, maar om nu de één boven de ander te stellen, dat vind ik niet juist. Zo wordt ten onrechte met de vinger naar de landbouwsector gewezen.” Als voorbeeld wijst hij nogmaals naar de AVP. „Dat virus zit over de hele wereld, maar in Europa slagen we er wel in om het uit onze varkensstapel te houden. Het circuleert onder wilde zwijnen, maar we kunnen het buiten onze bedrijven houden. En dat is zeker ook de verdienste van varkenshouders die zich aan strenge bioveiligheidsregels houden.”