Chinese zeugenstapel in juli met 0,5 procent afgenomen

Een woordvoerder van het Chinese ministerie van Landbouw laat aan het Duitse persbureau Agra Europe weten dat de daling van de zeugenstapel komt door de hoge voerkosten en lagere varkensprijzen. Een andere reden is dat sommige Chinese bedrijven hun zeugen geruimd hebben, om een uitbraak van Afrikaanse varkenspest voor te zijn.

Uit de laatste telling van het Chinese ministerie van Landbouw blijkt het land 439,11 miljoen varkens te hebben. De zeugenstapel bestaat uit 45,64 miljoen dieren. China lijkt daarmee de klap van de varkenspest in 2018 weer te boven, want de varkensstapel daarmee inmiddels al terug op het niveau van voor de uitbraak van AVP. De totale varkensstapel staat nu gelijk aan 99,4 procent van het niveau van voor AVP. De zeugenstapel is met twee procent gegroeid ten opzichte van 2017.

Robert Hoste, econoom varkensproductie bij Wageningen Economic Research (WUR): „Het aantal dieren is dan weer op peil, maar de productie nog niet. Een deel van de zeugenstapel zijn vrouwelijke vleesvarkens die benut worden om in elk geval biggen te produceren, al is het niet zo efficiënt. Dat zie je ook al aan het feit dat er nog steeds import van varkensvlees is in China."

Lage marktprijzen

In de varkensprijzen zit een wereld van verschil ten opzichte van het begin van het jaar. Op dinsdag 24 augustus lag de prijs voor slachtvarkens rond de CYN15 (1,97 euro) per kilogram levend gewicht. In januari van dit jaar was dat nog circa CNY 36 (4,81 euro). Volgens Matz Beuchel van de Rabobank tonen de prijzen aan dat de snelheid van de wederopbouw is afgenomen. „Wij verwachten dat in de eerste helft van dit jaar twintig tot dertig procent van de zeugen geslacht zijn als gevolg van de gebruikelijke vervanging maar ook door wederkerende varkenspestuitbraken. Zowel kleine als ook grote bedrijven richten zich nu vooral op verbetering van de technische resultaten", aldus de analist dierlijke eiwitten.

Op weg naar stabiele productie

De sterke schommelingen in de varkensproductie in China die de afgelopen jaren had, moeten in de toekomst tot het verleden behoren. Het ministerie van Landbouw in Peking heeft begin augustus samen met andere ministeries een verklaring gepubliceerd over het bevorderen van de varkensindustrie. Daarbij worden vijf pijlers gehanteerd.

De eerste houdt in dat de provincies verantwoordelijk zijn voor een stabiele productie; lokale verantwoordelijkheden worden gebundeld. De varkensmarkt moet marktgericht zijn, maar sterkere schommelingen moeten worden opgevangen met (stimulerende) maatregelen. Zo is het doel van Peking om over vijf tot tien jaar een varkenspopulatie van hoge kwaliteit te hebben met hoge prestaties, goede productveiligheid en een gezond concurrentievermogen, waarbij het milieu wordt beschermd. Om de leveringszekerheid te waarborgen, wordt gestreefd naar een zelfvoorzieningsgraad van minimaal 95 procent.

In de tweede pijler zijn vooral maatregelen op het gebied van financiering te vinden. Banken gaan de uitbreiding van de varkenshouderij ondersteunen met leningen en bieden verzekeringspolissen of inkomensverzekeringen aan voor varkensvleesproducenten.

De in de derde pijler beschreven reguleringsmechanismen moeten een centralere rol spelen voor een stabiele varkensproductie. Als de zeugenpopulatie in één maand 5 procent afwijkt ten opzichte van dezelfde maand een jaar eerder, moet er vroegtijdig worden gewaarschuwd. Daarna moeten nieuwe zeugen worden gehuisvest of slecht presterende dieren uit de populatie worden verwijderd. Varkensbedrijven met meer dan 500 dieren worden opgenomen in het provinciale monitoringsysteem om de productiecapaciteit beter in te kunnen schatten. Grote bedrijven met meer dan 10.000 dieren moeten landelijk geregistreerd zijn. Als daar het aantal zeugen met meer dan 10 procent daalt ten opzichte van het voorgaande jaar, kunnen de provincies grote fokkerijen helpen met eenmalige, tijdelijke subsidies om de productie weer op te bouwen.

Data moet de markt leiden

Om fluctuaties in de productie in de gaten te houden, krijgen de provincies de opdracht om een ​​informatieplatform voor de gehele varkensketen in te richten. Verworven data dienen gepubliceerd te worden, zodat via een 'early warning- en emergency system' (waarschuwingssysteem de markt gestuurd kan worden. Ook het effect van maatregelen tegen dierziekten zoals Afrikaanse varkenspest (AVP) of mond- en klauwzeer (MKZ) worden in deze database geïntegreerd. De belangrijke maatregelen bevatten als onderdeel van de vierde pijler de aan- en verkoop van varkensvlees in de staatsreserve en opslag, waarmee prijsschommelingen moeten worden opgevangen.

De vijfde pijler omvat maatregelen om bijvoorbeeld traditionele fokmethoden op kleine bedrijven te vervangen door modernere, de aanschaf van landbouwmachines, het bevorderen van automatisch voeren en om daarnaast het slachten en verwerken van varkens te optimaliseren. Zowel de afzet als de koeling en toeleveringsketens voor varkensvlees moeten worden verbeterd, zodat er minder levende dieren door het land worden gereden om ziektes te voorkomen.