Nieuw regeerakkoord Duitsland: regelgeving strenger, open normen voor ontwikkeling

Bij de presentatie sprak de Groenen-voorzitter Robert Habeck van een document 'vol moed en vertrouwen'. Duidelijk werd dat zijn partij de leiding krijgt over het ministerie van Voedsel en Landbouw. Ook gaan de Groenen een minister voor de portefeuille Milieu, natuurbehoud, nucleaire veiligheid en consumentenbescherming leveren. Het akkoord dat er nu ligt is nog geen definitief stuk, want de leden van de drie partijen moeten het nog goedkeuren.

Wie de landbouwparagraaf bestudeert (vanaf pagina 43), ziet twee contrasten: aan de wet- en regelgevende kant zijn de regels duidelijk, maar als naar de ontwikkelingskant blijft het algemeen.

Als eerste wordt benoemd dat de drie nieuwe coalitiepartijen willen vanaf 2022 een verplichte etikettering voor de veehouderij willen invoeren, waar ook de transport- en de vleessector bijhoren. Het doel van de nieuwe regering is om bindende, uniforme normen voor de hele Europese Unie te realiseren. Ook willen de partijen een uitgebreide etikettering introduceren, waarbij duidelijk is wat de oorsprong van de producten is.

Ook geeft de beoogde nieuwe regering aan dat ze veehouders wil ondersteunen die door willen gaan. Daarbij streven ze naar een financieel systeem dat ondersteund wordt door marktpartijen. Met dat geld moeten de kosten van de boer in evenwicht worden gebracht en investeringen worden bevorderd zonder extra bureaucratische lasten. De investeringssteun zal in de toekomst gebaseerd zijn op de houderijcriteria en zal, zoals het er nu uitziet, alleen worden verleend aan bedrijven die aan de hoogste niveaus voldoen.

Wet- en regelgeving aangescherpt

Hoewel de ontwikkelingsparagraaf algemeen blijft, is de paragraaf over de wet- en regelgeving duidelijker. Zo wil de coalitie test- en goedkeuringsprocedures voor stalsystemen en slachtbedwelmingssystemen introduceren. Ook willen ze de wetgeving voor de bescherming tegen stalbranden en technische storingen in stallen 'verbeteren', waarbij rekening wordt gehouden met passende overgangstermijnen.

De verordeningen worden daarnaast aangescherpt. Zo spreken de partijen over het 'dichten van de bestaande hiaten' in de veehouderijverordening en over de verbetering van de dierenwelzijnswet, waarbij de vermindering van niet-curatieve ingrepen wordt genoemd. Ook worden diverse regelingen op het gebied van transport, de slacht van dieren genoemd. Daarnaast hebben de partijen het plan om onderdelen van het dierenwelzijnsrecht naar het strafrecht te verplaatsen.

Teleurstellend akkoord

ISN, de Duitse belangenbehartiger voor de varkenshouderij, juicht de etikettering toe, maar noemt de rest van de uitwerking in het akkoord teleurstellend, zo laat ISN-directeur Torsten Staack weten:„Alle ideeën over de omschakeling van de veehouderij, en vooral over de financiering, blijven uiterst vaag. Maar als het gaat om nieuwe regelgeving in het toezichtsrecht, zijn de coalitiepartners heel duidelijk en specifiek."

Daarna verwijst hij naar de visserij en de akkerbouw: „Hoewel er daar in ieder geval sprake is van een toekomststrategie, is er in het akkoord geen woord te vinden over de resultaten van de commissie Borchert in de veehouderij (de commissie presenteerde vorig jaar aanbevelingen voor meer dierenwelzijn in de veehouderij en wat daarvoor nodig is). Toch gaan we ervan uit dat deze niet overboord worden gegooid. Uiteindelijk zal de invoering van de verplichte veehouderijetikettering komend jaar, zoals de partijen voor ogen hebben, niet mogelijk zijn zonder het goed uitgewerkte Borchert-concept voor de omschakeling van de veehouderij."

'Migratie naar buitenland worden versneld'

ISN vat het regeerakkoord samen: 'De inhoud valt de varkenshouders overweldigend tegen omdat de wet- en regelgeving helaas op de voorgrond is geplaatst en varkenshouders nu al worden overspoeld met steeds nieuwe eisen, wat het recente ISN-onderzoek naar de toekomst van de varkenshouderij al duidelijk heeft aangetoond'.

'De aangewezen coalitiepartners lijken hun zinnen te hebben gezet op het verminderen of zelfs afschaffen van de veehouderij. Dit blijkt ook uit het feit dat plantaardige alternatieven worden aangeprezen en dat ze erop inzetten dat innovaties zoals alternatieve eiwitbronnen en vleesvervangers worden goedgekeurd in de EU. Als de ideeën van de aangewezen coalitiepartners niet verder gedetailleerd worden, zal de migratie van de varkenshouderij naar het buitenland versneld worden en dat is precies wat moet worden voorkomen'.