Video: ‘Elke week de opname verdubbelen’
Deze verdubbeling is een goede leidraad in waar het écht om draait: een goede doorstijging in de voeropname. Kijken naar enkel de totale opname is dus ook niet voldoende. “Het kan zijn dat de big in de totale opname de richtlijn haalt, maar net voor spenen terugvalt. Kijken naar de doorstijging geeft dus een beter beeld in hoe de big ook na spenen gaat presteren.” Aldus Hoeben.
Biggen bijvoeren is een cruciaal onderdeel in de opname voor en na spenen. Om dit belang te onderstrepen noemt Voergroep Zuid in de flyer ‘Biggen beter voeren’ vijf redenen voor het bijvoeren van biggen:
1. Betere overleving
Met name in grote tomen komt het voor dat de kleinere en zwakkere biggen onvoldoende energie binnenkrijgen via de melk van de zeug. Door bij te voeren ondersteun je met name deze biggen, waardoor je de kans op uitval verkleint en zo zorgt voor meer overleving. Dit is met name cruciaal in de eerste dagen na werpen.
2. Bevorder de groei
Zwaardere biggen zijn vitaler na spenen. Door biggen bij te voeren krijgen ze meer energie en nutriënten binnen, waardoor de biggen beter groeien en zwaarder gespeend kunnen worden.
3. Leren eten
Door biggen in de kraamstal al te voorzien van vast voer, leert de big sneller eten. Hierdoor start de big na spenen gemakkelijker door, waardoor een speendip voorkomen of verkleind kan worden.
4. Leren drinken
Een goede wateropname is óók in de kraamstal cruciaal. Om biggen te stimuleren voldoende water te drinken is het belangrijk dat ze in de kraamstal al leren te drinken uit een nippel, waardoor de waterbehoefte door de biggen ook ná spenen gemakkelijker ingevuld wordt. Zorg dus voor voldoende, smakelijk, veilig en goed bereikbaar water in de kraamstal.
5. Leren verteren
De laatste en wellicht belangrijkste reden is de big leren verteren. Biggen die te veel afhankelijk van melk zijn kunnen wellicht goed doorgegroeid zijn, maar hebben nog onvoldoende vast voer opgenomen. Na spenen merken we dan dat de darmen van deze biggen nog niet gewend zijn aan vast voer. Daarom is het bijvoeren van biggen goed voor de darmontwikkeling en het trainen van het maagdarmkanaal. Door bij te voeren verbeter je de darmgezondheid en verklein je de kans op diarree.
Tips voor het bijvoeren van biggen
Om een goede opname te verkrijgen op het juiste moment hebben we de volgende tips opgesteld:
-
Begin zo vroeg mogelijk, na 24 uur na geboorte, met het bijvoeren van de biggen om er zoveel mogelijk uit te halen. Zelfs de kleine hoeveelheid die de biggen in de eerste week na geboorte opnemen helpt om de laatste weken voor spenen de opname te verhogen.
-
Voer verdeeld over de dag zoveel mogelijk kleine beetjes bij. Hierdoor blijft het voer altijd vers en heeft de big altijd de beschikking over kwalitatief goed voer. Daarnaast stimuleert vaker voeren de nieuwsgierigheid van de big en daarmee de opname.
-
Plaats de voerbakjes ter hoogte van de kop van de zeug aan de kant van de waternippel, om de voeropname van de biggen te stimuleren.
-
Stem de momenten van enten er zo op af dat de opnamestijging de laatste dagen voor spenen niet wegvalt. Enten net voor spenen wordt daarin afgeraden. Stem dit af met je dierenarts.
Bekijk hieronder de video waarin Nutritionist Bart Hoeben uitlegt hoe belangrijk goed bijvoeren in de kraamstal is:
Vijf redenen voor het bijvoeren van biggen
Wilt u meer weten? Neem contact op met:
Beeld: Voergroep Zuid
Bron: Voergroep Zuid