Saldo zeugen op lange termijn hoger, vleesvarkens gelijk
De langetermijnverwachting wordt als uitgangspunt gebruikt bij bedrijfsbegrotingen voor de komende periode van vijf tot tien jaar en bij aanvragen voor het Borgstellingskrediet MKB-landbouw (BL) en Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz).
Kengetallen verhoogd
De technische kengetallen zijn aangepast op basis van resultaten uit 2021. De langetermijnverwachtingen zijn 614 euro voor de voerwinst en 382 euro voor het saldo per gemiddeld aanwezige zeug per jaar. In de vorige KWIN waren deze respectievelijk 601 euro en 379 euro. Voor vleesvarkens is de verwachting 81 euro voor de voerwinst en 68 euro voor het saldo per gemiddeld aanwezig vleesvarken per jaar. Er is rekening gehouden met een voerprijsstijging voor de lange termijn van ongeveer 10 procent. Voor de lange termijn wordt een lager niveau voorzien dan de actuele hoge voerprijzen.
Lagere mestafzetkosten
De saldo’s inclusief mestafzet nemen ook toe omdat er rekening wordt gehouden met lagere mestafzetkosten: 305 euro per aanwezige zeug en 50 euro per aanwezig vleesvarken. Bij zeugen is hier uitgegaan van 50 procent afzet lang transport en 50 procent in directe omgeving van het varkensbedrijf. Voor vleesvarkens is dit 80 procent lang transport en 20 procent directe omgeving. Alle bedragen zijn exclusief BTW.
Lichte stijging per m2
Voor de vleesvarkens zijn ook voerwinst en saldo per m2 berekend. De verwachte voerwinst voor opfokzeugen wordt 202 euro per gemiddeld aanwezige opfokzeug per jaar, een lichte stijging ten opzichte van de inschatting vorig jaar.
De volledige saldoberekeningen (inclusief die van opfokzeugen en speenbiggen) zijn na verschijning van KWIN-V 2022-2023 (voor abonnees) te vinden op www.kwin.nl. Daar kunnen varkenshouders ook zelf saldobegrotingen maken.
Tekst: Erik Kruisselbrink
Is als freelance vakbladredacteur van vele markten thuis.
Beeld: Ruth van Schriek
Bron: WUR