Staghouwer: 'minimale afstand tussen varkensbedrijven niet proportioneel'

Laura Bromet (GroenLinks) en Joris Thijssen (PvdA) stelden de Kamervragen aan minister Henk Staghouwer van Landbouw, Natuur- en Voedselkwaliteit begin mei naar aanleiding van een artikel op de website van Varkens in Nood. Volgens de dierenwelzijnsorganisatie moet de overheid veel meer doen om massale ruimingen te voorkomen bij een uitbraak van Afrikaanse varkenspest.
Staghouwer deelt de zorgen van Varkens in Nood dat zich een uitbraak van AVP kan voordoen in Nederland. Hij noemt de situatie in de Europese Unie zorgelijk en er benoemt het feit dat er veel lidstaten zijn waar uitbraken worden gemeld, veelal bij wilde zwijnen. Daarna somt de minister de acties op om de introductie zo klein mogelijk te maken: het nemen van preventieve maatregelen via het Preventieteam AVP en het opstellen van de Roadmap AVP met daarin zestien aanbevelingen om de introductiekans verder te verkleinen. Daarnaast is een taskforce opgericht om de uitvoering van de roadmap te monitoren. Over de voortgang van de uitvoering van de roadmap wordt de Tweede Kamer rond de zomer nader geïnformeerd.
Daarnaats kan Nederland, indien de situatie daartoe aanleiding geeft, extra maatregelen instellen. Deze staan beschreven in een herziene versie van het draaiboek dat naar verwachting aankomende zomer wordt gepubliceerd; de overwegingen en de maatregelen zijn vergelijkbaar met de beleidsopties zoals genoemd in het draaiboek van 2013. Een Plan van Aanpak van AVP bij wilde zwijnen is in 2018 opgesteld en op de website van Rijksoverheid.nl gepubliceerd.
Vespreiding dierziekten in gebiedsgerichte aanpak
Bromet en Thijssen vragen aan de minister of hij zich herkent in de samenhang van 'structurele problemen', risico's en schades, waaarbij de Kamerleden de grote veedichtheid en de diertransporten door heel Europa noemen. Ze vragen of de minister naast de zoönosefactor ook de risico op het verspreiding van AVP en andere dierziekten mee kunnen nemen in de gebiedsgerichte aanpak. De minister antwoordt dat hij dit bij de uitwerking van de gebiedsgerichte aanpak zal afwegen of, en zo ja, hoe, in deze aanpak rekening zal worden gehouden met risico’s rond de verspreiding van besmettelijke dierziekten, anders dan zoönosen. De Kamer wordt hierover te zijner tijd geïnformeerd.
De minster laat daarnaast weten dat humane en veterinaire experts kennis en inzichten van eerder dierziektee dierziekte- en zoönose-uitbraken bijeenbrengen. Ook heeft Staghouwer aan Wageningen Bioveterinary Research gevraagd om specifieke risicofactoren te kwantificeren voor pluimveebedrijven in relatie tot de kans op insleep van hoogpathogene vogelgriep. Beide analyses zijn deze zomer gereed. De uitkomsten worden betrokken bij de concrete uitwerking van de gebiedsgerichte aanpak op dit punt om te komen tot verkleining en beheersing van risico’s vanuit de Nederlandse veehouderij.
Minimale afstand tussen varkensbedrijven
Specifiek gericht op de varkenshouderij pleiten het GroenLinks- en PvdA-Kamerlid voor een minimale afstand van één kilometer tussen varkensbedrijven. Daarop antwoordt Staghouwer dat de kans op introductie van AVP klein is als er goede bioveiligheidsmaatregelen genomen worden. 'Het is van groot belang dat houders van varkens deze maatregelen nemen en zich inzetten om introductie of verdere verspreiding van AVP virus te voorkomen. Professionele houders zijn zich zeer bewust van de risico’s. In de Roadmap Preventie introductie AVP is hier ook veel aandacht voor, en de Producentenorganisatie Varkenshouderij zet zich in om de aanbevelingen hierover op te volgen.'
Het hanteren van een minimale afstand van één kilometer tussen gevestigde en vergunde varkenshouderijen acht Staghouwer daarom niet proportioneel, waarbij hij verwijst naar de uitwerking van de gebiedsgerichte aanpak.
Veetransport naar AVP-landen
Bromet en Thijssen vragen daarnaast aan de minister of er veetransporten plaatsvinden van en naar gebieden waar AVP heerst en/of is gesignaleerd. De Kamerleden vinden dit onacceptabel en zijn van mening dat dit onmiddelijk moet worden gestopt. Ze vragen of de minister het met ze eens is. Daarop geeft Staghouwer geen duidelijk antwoord: 'Er vindt veevervoer plaats naar lidstaten met AVP. In deze landen zijn strenge maatregelen van toepassing, die worden voorgeschreven door de Europese Commissie. Vervoer van varkens uit besmette regio’s in de EU is niet toegestaan. Voor import van varkens en varkensproducten gelden strenge importeisen. Als extra nationale maatregel is opgelegd dat wagens die evenhoevigen hebben vervoerd en leeg terugkeren uit landen met een uitbraak van een besmettelijke dierziekte (i.c. AVP) een extra reiniging en ontsmetting (R&O) moeten ondergaan bij een erkende R&O-plaats direct bij terugkomst in Nederland. Op die manier wordt de kans dat er virus wordt meegebracht verder verkleind.'

Tekst: Bas Lageschaar
Bas Lageschaar groeide op tussen de weilanden in de Achterhoek. Daardoor had hij altijd al belangstelling voor de agrarische sector. Voor Agrio zit hij in de redactie politiek en beleid. Bas volgt het laatste (regionale) nieuws op de voet en schrijft voor de regionale websites en verschillende printuitgaven.
Beeld: Ellen Meinen
Bron: Tweede Kamer