Duitsers zoeken nog steeds naar herkomst AVP-virus in Emsland
Het zoeken is echter uiterst moeilijk, geeft de landbouwminister aan. Enkele mogelijke bronnen van binnenkomst kunnen volgens haar al met grote waarschijnlijkheid worden uitgesloten. Het bedrijf is een familiebedrijf met nog één medewerker. Gedurende de epidemiologisch relevante periode hebben er geen jachtoefeningen plaatsgevonden door de medewerkers van het bedrijf. Alle bewaarde voermonsters werden getest op AVP-virus met negatieve resultaten. Het veterinaire Friedrich-Loeffler Insituut (FLI) is betrokken en ondersteunt de Nedersaskische autoriteiten bij het vinden van de oorzaak van de AVP-uitbraak en op kort termijn wordt analyse verwacht.
Ruiming contactbedrijf
Het contactbedrijf, ongeveer 20 kilometer verwijderd van het getroffen bedrijf, is inmiddels geruimd. De varkens zijn onderzocht en alle monsters waren negatief, maar de tests geven geen 100 procent zekerheid. Het bedrijf is wel op slot gezet. Als op dit bedrijf een varken was besmet, had er een andere uitsluitingszone moeten worden ingesteld. Om het lijden van dieren te voorkomen, heeft het landbouwministerie daarom het besluit genomen om ook de dieren in de contactboerderij direct af te ruimen.
Geen AVP wilde zwijnen
Volgens Barbara Otte-Kinast is het ook zeer positief dat er in Nedersaksen nog steeds geen gevallen van AVP bij wilde zwijnen zijn. In Emsland en in het graafschap Bentheim gedroegen de jagers zich verantwoordelijk en rustig. Gevallen wild en geschoten wilde zwijnen in de uitsluitingszone worden onderzocht en de jacht wordt geïntensiveerd. Lokale jagers houden beken en waterpoelen in de gaten, omdat besmette wilde zwijnen met hoge koorts verkoeling zoeken. Tot nu toe zijn er echter geen waarnemingen geweest van zwijnen die verkoeling zoeken. Er zijn ook speciale AVP-speurhonden opgeleid.
Beschermingsgebied
In de 10 kilometer grote uitsluitingszone in het district Emsland en het graafschap Bentheim liggen ongeveer 10.000 varkens per week slachtrijp. Volgens Barbara Otte-Kinast worden er gesprekken gevoerd met de slachthuizen. Zij verwees in dit kader naar bestaande koopovereenkomsten. Ze verwacht geen dierenwelzijnsproblemen door slachtrijpe varkens die niet (direct) op de markt kunnen worden gebracht. Door de aanhoudend moeilijke economische situatie zouden stallen in de regio leeg staan. Een ander positief aspect is dat ongeveer 80 procent van de bedrijven in Nedersaksen een inkomensverliesverzekering heeft.
Hoe lang de beperkingen in de uitsluitingszone precies blijven gelden, is volgens de landbouwminister nog niet te zeggen, maar er wordt alles gedaan om de verplichte 90 dagen, die gelden onder de EU-wetgeving, in te korten tot minimaal 30 dagen
Tekst: Reinout Burgers
Al bijna 25 jaar volg en schrijf ik als journalist onder meer over de varkenshouderij en pluimveehouderij. Twee uiterst boeiende en dynamische sectoren met veel gepassioneerde ondernemers.
Beeld: Ellen Meinen
Bron: Ministerie landbouw Nedersaksen