NW-Nedersaksen: 37% minder dieren jaarlijks verlies € 3 miljard en 23.900 arbeidsplaatsen
Een sterke achteruitgang van de veehouderij in het noordwesten van de Duitse deelstaat Nedersaksen heeft een forse impact op de economie van het gebied dat grenst aan Groningen, Drente en Overijssel. Dat blijkt uit de studie ‘Transformation Scenarios in the Agricultural and Food Sector in North-West Nedersaksen’ (TRAIN). De studie evalueert de economische effecten van het transformatieproces op de landbouw en de voedingsindustrie in de regio en het platteland.
Scenario’s
Diverse scenario’s van een vermindering van de veehouderij op de regionale bruto toegevoegde waarde (btw) en werkgelegenheid in de periode 2020-2030 zijn onderzocht. Een kleine reductie van de veehouderij met 13 procent zorgt voor een daling van de agrarische btw met 20 procent en in de levensmiddelen- en diervoederindustrie met 11 procent. Bovendien zadelt dit beide sectoren op met een banenverlies van respectievelijk 20 en 12 procent. Bij een sterk krimpend scenario (een reductie van de veestapel met circa 37 procent), daalt de btw in de landbouw met 54 procent en in de levensmiddelen- en diervoederindustrie met 30 procent. Het banenverlies in die sectoren bedraagt dan respectievelijk 55 en 32 procent. Door de verwevenheid met andere sectoren zorgt de vermindering van de veestapel tot een totaal verlies van de btw van tussen de 1,1 miljard euro (bij 13 procent veereductie) en 3,0 miljard euro (bij 37 procent veereductie) en daarnaast het verlies van 8.900 tot 23.900 arbeidsplaatsen.
Motor
Een dergelijke vermindering van de veestapel brengt de rol van de voedingssector als economische en banenmotor in deze regio acuut in gevaar, waarschuwen de onderzoekers. Het resulteert bovendien in toenemende import en bedrijfsverplaatsingen naar het buitenland. Vaak naar landen met doorgaans lagere normen wat betreft milieu en dierenwelzijn. Inspanningen gericht op meer duurzaamheid worden daarmee teniet gedaan.
Concurrerend
Om dit te voorkomen dient een dusdanige transformatie plaats te vinden die erin resulteert dat de bedrijven tegen concurrerende voorwaarden lokaal kunnen blijven produceren en investeren. Kernwoorden daarbij zijn: innovatie, meer rechtszekerheid en planningszekerheid, het elimineren van tegenstrijdige specificaties, meer vrijheid voor onderzoek en ontwikkeling en gerichte financiering van duurzame projecten. Deze moeten de agrosector in staat stellen om het oplossen van problemen op een praktische en effectieve manier aan te pakken.
Effecten nu al merkbaar
In een reactie op de studie stelt de ISN, de belangenorganisatie van Duitse varkenshouders, dat door de aanhoudende crisissituatie in de varkenshouderij de effecten nu al voelbaar zijn. Om deze dramatische ontwikkeling te verzachten, hebben de varkenshouders eindelijk goede prijzen voor biggen en vleesvarkens nodig, evenals politieke actie met gevoel voor verhoudingen en maatregelen gericht op het verminderen van de concurrentie binnen de EU.