Duitse slachters beëindigen ITW-contracten vanwege lage vraag dierenwelzijnsvlees
ISN kreeg de afgelopen dagen steeds meer berichten van leden, die deelnemen aan het Initiative Tierwohl (ITW), dat de overeenkomsten zijn beëindigd. Dit waren veelal leveringscontracten met Tönnies. Het slachthuis, de grootste van Duitsland, onderbouwt dit besluit met het feit dat er onvoldoende vraag is naar vlees met meer dierenwelzijn en het gebrek aan betaling door de afnemers van het vlees. Andere slachthuizen melden volgens ISN 'unaniem' dat er minder vraag is naar vlees met meer dierenwelzijn. Deze ontwikkelingen hebben een steeds grotere impact omdat het grootste deel van het vlees van de dieren die worden gehouden volgens de voorwaarden van het ITW, de Duitse tegenhanger van het Beter Leven keurmerk, op de markt wordt gebracht als vers vlees in de Duitse foodretailsector.
Meerkosten niet betaald
ISN is niet blij met de stappen van de slachterijen, zo laten ze in een reactie weten. 'Het is niet voor het eerst dat varkenshouders die geld hebben geïnvesteerd om deel te nemen aan het ITW in de kou staan als het gaat om de noodzakelijke vergoeding voor de meerkosten. En zelfs als de bedrijven hun productie terugzetten naar de oude standaard dan blijven ze met een groot deel van hun meerkosten zitten. En dat in een tijd waarin de productiekosten sterk zijn gestegen en de bedrijven grote financiële verliezen lijden. Het vertrouwen in een betrouwbare betaling voor dierenwelzijnsmaatregelen neemt enorm af.'
„Wil je in de toekomst nog meer inzetten op dierenwelzijn, dan moet je er vandaag voor zorgen dat de varkenshouders het geld krijgen dat ze nodig hebben voor hun varkens. Alleen dan zullen de bedrijven een basis hebben om voor
de langere termijn te kunnen plannen", zo oordeelt ISN-voorzitter Heinrich Dierkes. Waarna hij vervolgt: De beëindigingen van de contracten maken bijzonder duidelijk dat we te maken hebben met fundamentele marktveranderingen en het is niet verwonderlijk dat de consolidatie voor het eerst zichtbaar wordt bij de marktleiders."
'Hele economie moet meedoen'
Dierkes legt uit dat de varkenssector met harde taal moet praten vanwege de hoge inflatie, de steeds lege huishoudboekjes en de dramatisch slechte situatie in de Duitse varkenshouderij. „We hebben het al tien jaar over dierenwelzijn. De economie heeft het voortouw genomen met het dierenwelzijnsinitiatief en we moeten nuchter stellen dat meer dierenwelzijn alleen gefinancierd kan worden als de hele economie meedoet. Dit is nog lang niet het geval. Daarbij heb ik het ook over de vleesverwerking, groothandel en gastronomie die nu grotendeels aan het wegduiken zijn. En gezien de ongelijke omstandigheden op de wereldmarkt kan dat alleen met financiële steun van de staat."
Daarnaast wil Dierkes het ook over de prijs hebben. „De dierenwelzijnstoeslagen, die nu al te krap zijn, mogen zeker niet de legitimatie zijn voor het feit dat daarentegen de basisprijzen voor vlees zodanig naar het wereldmarktniveau worden gedrukt dat varkenshouders in dit land voortdurend grote verliezen maken. Dit is al meer dan twee jaar het geval. De varkenshouderij kan alleen verder worden ontwikkeld of zelfs overleven als er adequaat kan worden geëxploiteerd; met of zonder dierenwelzijn."