Levering van verkregen bouwkavel bij stoppersregeling: btw-belast of niet?
Ondernemerschap in de inkomstenbelasting ontstaat door deelname aan het economische verkeer, door het afgeven van een winstverwachting en bij een bron van inkomen. Als er geen sprake is van ondernemerschap in de inkomstenbelasting, kan nog wel sprake zijn van ondernemerschap in de omzetbelasting. Dit is het geval als u zelfstandig een beroep uitoefent of een bedrijf of vermogensbestanddeel exploiteert om er duurzaam opbrengst uit te verkrijgen.
Einde ondernemerschap
Het ondernemerschap voor de omzetbelasting blijft bestaan tot en met de laatste liquidatiehandeling van de ondernemer. Dit houdt dus in dat er nog steeds sprake kan zijn van ondernemerschap in de omzetbelasting als de economische activiteiten in uw onderneming gestopt zijn. Hierdoor houdt u recht op aftrek van de omzetbelasting op nakomende kosten, maar zijn nakomende bedrijfsbaten dus ook met btw belast. Er moet dan wel een ‘rechtstreeks en onmiddellijk verband’ zijn tussen de kosten/baten en de activiteiten die voorheen zijn verricht. Dit is lastig te beoordelen en er wordt dan ook met enige regelmaat over geprocedeerd. Zo ook afgelopen voorjaar.
Voor meer informatie over het ondernemerschap voor de omzetbelasting, kunt u vrijblijvend contact opnemen met Bart van Kessel, relatiemanager bij ABAB, via telefoonnummer 0413-336524 of vul het contactformulier in.
In de uitspraak van 22 mei 2022 ging het over een onderneming die ging staken en met de gemeente een overeenkomst is aangegaan voor het saneren van zijn bedrijfsgebouwen. Ter compensatie ontvangt de ondernemer een vergoeding die bestaat uit een financiële compensatie en een toewijzing van bouwkavels. Eén van de verkregen bouwkavels is een aantal jaren later verkocht en geleverd. De vraag die hierbij opkwam, was of deze verkoop gezien wordt als een levering in samenhang met de eerdere staking.
De rechtbank oordeelde dat de verkrijging van het bouwrecht verband houdt met de beëindiging van de onderneming, waardoor de latere verkoop van een bouwrecht in het verlengde ligt van deze onderneming. Kortom: de verkoop van dit bouwrecht is verricht als ondernemer voor de omzetbelasting.
Rechtstreeks en onmiddellijk verband
Verschillende regelingen voor stakende ondernemers stimuleren het slopen van de bedrijfsopstallen met enerzijds een financiële compensatie en anderzijds een compensatie in de vorm van één of meerdere bouwtitels op eigen grond. Denk bijvoorbeeld aan regeling als ‘ruimte voor ruimte’ of ‘rood voor rood’.
In tegenstelling tot wat de rechter heeft geconcludeerd in bovenstaande rechtspraak is het de vraag in hoeverre sprake is van een ‘rechtstreeks en onmiddellijk verband’. De bouwrechten zijn immers niet in de onderneming gebruikt, maar zijn toegekend als inkomens- en/of vermogensschade voor de sloop van de opstallen. De verkoop kan eerder gezien worden als nieuwe activiteit dan als een verlengde activiteit van de gestaakte onderneming.
In eerdere rechtspraak is geoordeeld dat de verkoop van een aantal percelen bouwgrond die door de ondernemer (landbouwer) in gebruik was als landbouwgrond, in een te ver verwijderd verband staat tot het landbouwbedrijf. Dit toont wederom aan hoe grillig de rechtspraak soms kan zijn.
Laat u adviseren
Overweegt u gebruik te maken van een stoppersregeling, waarbij de compensatie deels bestaat uit het verkrijgen van bouwtitels? Neem contact op met onze belastingadviseurs om de gevolgen hiervan in beeld te brengen.
Tekst: Bert van den Kerkhof