Hogere voerprijs vergt ander management
Drie jaar terug is het begonnen en het laatste half jaar heeft het zich in versneld tempo voortgezet. De prijzen van grondstoffen voor meng- en brijvoer blijven stijgen. De graanprijzen gaan dit voorjaar richting de twintig cent per kilo. De mengvoerprijs schiet de lucht in, terwijl de beschikbaarheid van bijproducten al eerder onder druk is komen te staan. Oorzaak: de energiehype.
Niet alleen in Duitsland en in de rest van de wereld, maar zelfs in Nederland - dat tot op heden nooit veel van bio-energie heeft willen weten - worden de bakens verzet. Er doemt een ethisch dilemma op: gaat het rijke Westen zijn energieverslaving te lijf met landbouwareaal dat hard nodig is om het wereldvoedselprobleem te bestrijden?
In Mexico is de prijs van het volksvoedsel tortilla’s als gevolg van de explosieve toename van maïsteelt voor bio-ethanol schrikbarend gestegen. De arme bevolking protesteert.
Structureel hoger niveau
De investeringen in bio-energie leidden ertoe dat de voerkosten structureel op een hoger niveau zullen komen te liggen. Het komt erop aan de komende jaren de voerkosten laag te houden, zodat Nederland zijn kostprijsleiderschap in Europa behoudt.
Dat vraagt een andere benadering van de markt voor voergrondstoffen. De prijzen van de basisproducten verschuiven: energie wordt duurder en eiwit wordt relatief goedkoper. De sojateelt staat weliswaar onder druk, maar door de productie van bio-ethanol en koolzaadolie komen er eiwitrijke bijproducten als graandestillaat en raapschroot vrij, die in toenemende volumes op de markt worden gebracht. De markt voor bijproducten komt door de energiehype ook verder onder druk te staan.
Paul Bens, directeur van DLV Intensief Advies uit Langenboom (N-Br.): „Het is niet meer rendabel om te investeren in bijvoerinstallaties. Daarvoor stijgt de prijs van brijproducten te ver door. De grootste bedrijven blijven investeren in brijvoer, wat de prijs structureel op drijft. Niet het aantal bedrijven, maar het aantal varkens bepaalt immers de vraag naar bijproducten. De vraag gaat omhoog, maar het aanbod daalt steeds verder.”
Meer risico’s
Bens gaat ervan uit dat het prijsvoordeel van brijvoer ten opzichte van droogvoer verder nivelleert en dat de aansprakelijkheidsrisico’s gaan toenemen. Over de graanmarkt is hij redelijk positief. „Ik geloof niet dat de graanprijs explosief stijgt. Er zijn mogelijkheden genoeg om de graanteelt uit te breiden in Europa. Denk aan de braakregeling die kan worden opgeheven en de enorme mogelijkheden in Oost-Europa.”
„Nu worden hele gebieden niet in productie genomen, omdat het niet loont om zaad te kopen. Maar dat verandert als de prijs stijgt.” Een product dat dit najaar gunstig in de markt lag is ccm. Diverse varkenshouders hebben er speciaal voeropslag voor laten aanleggen, om het gunstig geprijsde ccm in te kopen op voorraad.”
„Investeren in voeropslag is sowieso een mogelijkheid om de voerkosten te drukken, omdat er dan voorraad kan worden ingekocht op de moment dat het aanbod van de grondstoffen het grootst is. Denk aan bijproducten van de bierbrouwerij in de zomer en maïsproductie in de herfst.
Voer voor mest
Bens raadt varkenshouders aan hun bedrijfsstrategie in de voerkosten niet structureel te veranderen. Dat is volgens hem niet nodig. „Grond aankopen is nog steeds ondenkbaar. Dat kan echt niet uit, ook niet bij de huidige prijzen voor voer en mest.” Wel betreurt Bens het uitblijven van voer voor mestcontracten.
„Varkenshouders hebben het jarenlang niet gewild, omdat ze niet of nauwelijks kosten hoefden te maken voor mestafzet, terwijl akkerbouwers juist wel gegarandeerde teeltprijzen wilden. Nu is het omgekeerde het geval. Akkerbouwers willen profiteren van de hoge prijzen voor mestafzet en varkenshouders willen contracten voor de lange termijn. Maar er is geen akkerbouwer te vinden die nu langjarige contracten wil afsluiten.”
In de Veenkoloniën zullen akkerbouwers nog het snelst geneigd zijn om contracten af te sluiten. Daar is de akkerbouw afhankelijk van de zetmeelaardappelteelt, die te weinig rendeert omdat dat de EU-subsidies op aardappelzetmeel afbouwt.
In eigen hand
Mogelijk loont het ook om juist in deze noordelijke regio’s van het land goedkope grond aan te kopen, met als doel de voerprijzen en de mestafzetkosten in eigen hand te houden. Varkenshouders die om deze reden grond aankochten in de Veenkoloniën prijzen zich gelukkig, al hebben ze jaren getwijfeld over het nut van investeringen in grond.
Het omslagpunt voor grondgebonden varkenshouderij is bij de huidige prijzen voor graan en mest dichtbij. Dat blijkt uit het volgende rekenvoorbeeld: bij een kuubsprijs van 25 euro voor mestafzet, een plaatsingsruimte van 25 kuub per hectare, een graanprijs van twintig cent en een opbrengst van vijf ton graan per hectare, en loonwerkkosten à duizend euro per hectare, mag een hectare grond ruim 20.000 euro kosten.
Voor die prijzen is er grond te koop in het noorden des lands. Het is echter maar zeer de vraag of de mestafzetkosten structureel zo hoog blijven. Op termijn daalt de prijs waarschijnlijk weer, omdat er alternatieve meststromen richting bio-energie en andere vormen van verwerking als verbranding op gang komen.
Termijnmarkt
Indekken tegen prijsrisico’s van voer kan beter op de termijnmarkt. Als de prijs van voer stijgt, wordt het aantrekkelijker voor speculanten om op de termijnmarkt te kopen en te verkopen. De combinatie met prijsschommelingen in de prijs van varkens maakt het extra aantrekkelijk.
In Amerika gebeurt het op de Chicago Stock Market massaal. Maar de ATA-beurs in Amsterdam is gesloten, zodat de beurs in Hannover (Dld.) nog resteert. Er zijn een handvol varkenshouders die de weg naar deze beurs gevonden hebben.
Wilbert Hilkens, agrarisch specialist van ABN Amro, vindt de termijnmarkt een aantrekkelijke vorm van afdekken van risico’s. Over de voerwinst in de varkenshouderij maakt hij zich niet zoveel zorgen.
Afdekken risico’s
„Op korte termijn staat het saldo onder druk, maar op lange termijn blijft de voerwinst stabiel of zelfs wellicht licht stijgend. Dat is al dertig jaar zo en dat blijft zo, ook nu de voerprijzen stijgen. Ik verwacht daarbij dat de opbrengstprijzen op de lange termijn ook stijgen.” Hij vindt de prijsrisico’s die varkenshouders lopen in de dierstromen veel groter.
„Het staat in geen verhouding met de risico’s in de voerkosten. Terwijl varkenshouders zich richten op het afdekken van de voerrisico’s. Dat is opmerkelijk.” Steeds minder varkenshouders werken met voergeldcontracten, constateert ABN Amro uit een rapport dat zij heeft gemaakt over risicomanagement.
Hilkens: „Dat is jammer, want het is een goede zaak als dit alternatief ruimer beschikbaar komt. Je kan dan als varkenshouder het risico zoveel mogelijk spreiden. Dat kan op drie fronten: voor een deel risico lopen op de vrije markt en risico spreiden op de termijnmarkt en met voergeldcontracten.”
Biotechologie een oplossing
Het Amerikaanse high tech-bedrijf Alltech ziet in biotechnologische de oplossing voor het probleem van de verdringing van voedselproductie door de teelt van energiegewassen. Door gebruik te maken van speciaal ontwikkelde bacteriën weet het bedrijf plantaardig celwandmateriaal om te zetten om koolhydraten.
Deze techniek wordt Solid State Fermentation (SFF) genoemd. Het wordt al sinds 1995 toegepast. In de Mexicaanse plaats Serdan is de SSF-techniek volop in productie. De techniek heeft de mogelijkheid om 200 kcal per kilo extra energie vrij te maken.
SSF toepassing vertegenwoordigt een waarde van 14 US dollars per . Er kan zowel energie mee vrijgemaakt worden uit het vezelmateriaal in graandestillaat (het restproductie van de bio-ethanol bereiding) als uit celwanden van granen.