Botsende belangen tussen Denen en Nederlanders
Daarbij doelt hij onder meer op het werken aan een artikel 10-status, nu de entplicht voor de Ziekte van Aujeszky is komen te vervallen. Want dat is volgens Thijsse één van de belangrijkste verschillen tussen Nederland en Denemarken. Waar Nederland ten opzichte van Denemarken een beetje achterloopt is het imago naar buiten toe. „Wellicht is het imago van de Deense varkenshouderij beter dan de werkelijkheid.”
Maar ook de Deense varkenshouders kampen volgens de handelaar met problemen rond de publieke opinie. Ze gaan met de regelgeving soms verder dan volgens de EU mag. „Met name op de punten milieu en transport zijn de Denen zeer kritisch.” Het collectieve model waarmee de Denen werken, resulteert volgens Thijsse vooral in toegevoegde waarde voor de vleesexport naar verre markten als Japan. Maar het thuisvoordeel dat de Denen hadden door de varkens in eigen land te slachten en het vlees vervolgens uit te voeren, is volgens de handelsvoorman verdwenen. „Zo ideaal is collectiviteit dus niet.”
Elkaar beconcurreren
Nederland en Denemarken komen elkaar niet alleen op de Noord-Duitse markt voor biggen tegen. Vion en Danish Crown beconcurreren elkaar vooral op de West-Europese varkensvleesmarkt waarbij het Verenigd Koninkrijk, Duitsland en Italië belangrijke markten zijn. Ook de explosief groeiende exportmarkt naar Rusland wordt door beide Europese grootmachten betwist.
Daarentegen exporteert Danish Crown meer dan eenderde van het totale varkensvlees volume naar landen buiten de EU, terwijl Vion zich hoofdzakelijk op de Europese markt begeeft.
Een belangrijk verschil tussen Nederland en Denemarken zit hem volgens Marc van der Lee, director communications van Vion, in het marktmodel. „Danish Crown is een coöperatie die werkt met een soort van leveringsplicht en een nabetaling. Nederlandse varkenshouders zijn uitstekende ondernemers en dit ondernemerschap heeft de varkenshouderij in Nederland groot gemaakt.”
Varkenshouders in Nederland zijn volgens Van der Lee zelfstandige ondernemers, die daarmee zelf keuzes kunnen maken voor hun afzet. De Nederlandse varkenshouderij opereert aan de top van de markt en is altijd een koploper geweest. Volgens Van der Lee kan je het vergelijken met de Tour de France. „De koploper ziet als eerste de bochten en kuilen in de weg, wanneer je in het peloton zit en er komt een kuil, dan zit je er midden in.”
Investeren in toekomst
Vion is volgens Van der Lee op drie punten sterk. Vion werkt met marktgerichte concepten, varkenshouders hebben de kans om op Farmingnet de resultaten van de levering na te kijken – waarna zij aan de hand van deze resultaten het saldo kunnen sturen – en Vion hanteert een transparante prijsbeleid, waardoor varkenshouders kunnen tot op de cent nakijken wat wordt uitbetaald.
„Bovendien investeren wij stevig in innovatie. Innovatie is een investering in de toekomst om verzekerd te blijven van de afzet van producten tegen de hoogst mogelijke opbrengstprijs.” Door de schaalgrootte kan Vion grote internationale markten bedienen van een constante kwaliteit, met producten die daar gewild zijn. „Het is de kunst om alle onderdelen van het varken in die marktsegmenten en landen af te zetten waar je de hoogste toegevoegde waarde aan het product kunt meegeven”, zegt Van der Lee.
Vergeleken met Danish Crown onderscheidt Vion zich vooral met haar organisatiemodel dat volgens hem marktgericht is in plaats van aanbodgericht. Danish Crown heeft haar organisatiestructuur nog op de ouderwetse manier verdeeld in een divisie varkens, een divisie rundvee en een divisie verwaarding.
Tekst: Joyce Cornelissen
Tekst: Erik Colenbrander
Ervaren freelance vakjournalist (52), opgeleid als ingenieur melkveehouderij en van jongs af aan gefascineerd door de boerenwereld en in het bijzonder de melkveehouderij en het weer. Met veel plezier richt ik me de laatste jaren ook op de akkerbouw, in het kader van een 'leven lang leren'.
Beeld: Ingrid Zieverink