Strakker plannen voor efficiëntie
Veel zeugenhouders zijn gewend gedurende de hele week zeugen te dekken en daarnaast de hele week worpen te hebben. In hun beleving zijn de dekkingen op maandag/dinsdag en de worpen op donderdag/vrijdag. Uit analyse blijkt dat de pieken wel op die dagen liggen maar dat deze werkzaamheden toch gedurende de gehele week plaats vinden.
Geen tijd voor details
Deze zeugenhouders lopen de hele week op en neer van dekstal naar kraamstal en weer terug. Op donderdag, voor velen de speendag, worden de werkzaamheden nog talrijker. Naast het spenen wordt de donderdag ook gebruikt voor het reinigen van de kraamhokken en natuurlijk wordt er op deze dag ook gedekt en zijn er zeugen aan het werpen.
André Klemans, adviseur bij Boschhoven Agri Consultancy, heeft geconstateerd dat zeugenhouders hierdoor vaak alleen maar aan de basale werkzaamheden toekomen en daarnaast geen tijd hebben om op de details te letten. Details zoals klimaat, voeding en hygiëne zijn hierdoor vaak niet op orde. Volgens hem is strak plannen de basis van een goede diergezondheid. „Wanneer je niet plant, liggen er verschillende leeftijden in één kraamafdeling en dan gaat het fout.”
Om meer rust te brengen op het bedrijf is het aan te bevelen om het dekken en werpen strakker te plannen. Deze maatregel komt bovendien de efficiëntie van de gebouwen ten goede.
Voordelen van strak plannen
Klemans heeft met medewerking van Rainier van Gelderen, van Janssen Animal Health en Hendrix UTD een programma ontwikkeld waarmee bedrijven doorgerekend kunnen worden. Met dit programma kan een zeugenhouder aan de hand van cijfers en bedragen zien wat de voordelen zijn van het strakker plannen.
Klemans heeft het programma gebruikt om het bedrijf van Frank van Dijk in Leende na te lopen. Hierbij bleek dat zijn kraamhokken slechts voor 80 tot 85 procent van de capaciteit benut werden. Elk van de 84 kraamhokken van Van Dijk staat 26 dagen van het jaar leeg.
Uit de berekeningen blijkt dat iedere dag leegstand de zeugenhouder bijna tien euro minder opbrengt. Een verliespost van ruim twintig duizend euro in het jaar.
Werken op twee locaties
Frank van Dijk is samen met zijn broer Ad sinds drie maanden bezig met een complexe bedrijfsuitbreiding. Hun bedrijf is in korte tijd gegroeid van 450 zeugen en 2.000 vleesvarkens op twee locaties naar 510 zeugen en 4.100 vleesvarkens op meerdere locaties. De zeugen worden op twee locaties gehouden, op de thuislocatie wil Van Dijk nog groeien van 300 naar 360 zeugen binnen de bestaande gebouwen.
Klemans wilde Van Dijk helpen om zijn doelstelling te behalen. Uit de berekening met het programma werd duidelijk dat Van Dijk beter met een ander systeem kan gaan werken, met hetzelfde aantal kraamhokken konden er meer dieren worden gehouden. „In de oude bezetting werkte ik met een driewekensysteem, waarbij de kraamhokken niet efficiënt benut worden”, zegt Van Dijk.
Ten opzichte van het driewekensysteem is het weeksysteem een stuk drukker. Waar eerst eens in de drie weken gedekt werd, moet de zeugenhouder nu elke week gaan dekken. Klemans: „Door strak te plannen kunnen de kraamhokken straks voor 99,9 procent worden benut.” Drie maanden na de start zit Van Dijk al op een efficiëntie van 93 procent.
„Strak plannen houdt in dat het gewenste aantal dieren op de eerste twee en een halve dag van de week worden geïnsemineerd en daardoor het werpen de laatste twee en een halve dag van de week in beslag neemt”, aldus Van Gelderen. Hierdoor heeft Van Dijk meer tijd om op de details van het houden van zeugen te letten en kan de productie omhoog.
Omschakelen naar weeksysteem
De zeugenhouder is nu drie maanden bezig met de omschakeling en uitbreiding en dit kost hem nu nog erg veel tijd. Van Dijk werkte eerst met groepen van 42 zeugen, nu moet hij deze groepen verdelen over stabiele weekgroepen van 16 zeugen. Concreet betekent dit dat Van Dijk steeds keuzes moet maken welke zeugen hij een week eerder dan normaal speent.
Het omschakelen naar het weeksysteem is de eerste stap, vervolgens wordt de stap gemaakt naar het strakker plannen. Uit het computerprogramma heeft Klemans het dek/werpplan afgedrukt. Hierop staat per week het aantal zeugen dat gewenst en beschikbaar is. Van Dijk heeft de uitdraai bezorgd bekeken.
„Het werpplan ziet er in deze omschakelfase nogal rommelig uit, maar ik kan inmiddels zien dat het vanaf week 38 een stuk rustiger wordt.” Dit is ook precies wat Klemans en Van Gelderen willen bereiken, een bewustwording bij de ondernemer dat strakker plannen werkt.
Vooraf gelten bestellen
Uit het werpplan berekent het programma hoeveel gelten de zeugenhouder nodig heeft. Hij kan hierdoor al enkele maanden van te voren gelten bestellen. „Het programma houdt rekening met de gewenste dekleeftijd van de gelten, de gewenste dekdatum en het aantal weken quarantaine en adaptatie”, zegt Klemans. Afhankelijk van het percentage zeugenafvoer en percentage terugkomers bij de gelten, kunnen bij de leverancier gelten besteld worden.
Voor Van Dijk werkt de bestellijst voor gelten enigszins anders, omdat hij zijn eigen opfok verzorgt. Door het dek/werpplan te volgen kan hij iedere week het benodigde aantal gelten verhokken om ze op tijd berig te krijgen. Bij het verhokken moet Van Dijk rekening houden met het aantal dieren dat niet op het juiste moment berig wordt.
Het verhokken van gelten levert bij 60 procent van de dieren op tijd een berigheid op. Van Dijk moet om vijf gelten berig te krijgen acht dieren verhokken. Hier zou hij efficiënter mee om kunnen gaan door de berigheid te synchroniseren. Hierdoor kunnen ook de gelten precies op de gewenste dekdagen worden geïnsemineerd. Met als gevolg minder spreiding in de werpdagen.
Doorgroeien naar 500 zeugen
Wanneer het bedrijf van Van Dijk volgens de strakke planning loopt, wil hij proberen nog verder uit te groeien naar 500 zeugen op de thuislocatie. Een mooi aantal voor een bedrijf dat volgens het weeksysteem werkt, de planning moet dan door één persoon rond te zetten zijn. „Zeugenhouders die door willen groeien naar 600 zeugen per arbeidskracht doen er verstandig aan de planning strak te houden binnen een meerwekensysteem, aldus Van Gelderen.
Klemans: „Door strak te plannen kan men goed all in all out toepassen en efficiënt de kraamhokken benutten. All in all out binnen één afdeling met dieren uit één leeftijdscategorie is een voorwaarde voor een hogere gezondheidsstatus.
Tekst: Joyce Cornelissen
Beeld: Twan van Asseldonk