Kleine coöperatieve KI moet met tijd mee
Met een prijs van circa vier euro per dosis en ongeveer 2,5 doses per zeug per jaar bedragen de spermakosten voor een vermeerderaar ongeveer 10 euro per zeug per jaar. Groter is het gewicht niet van de fokkerijfusie die in de wereld van de Nederlandse varkens-KI in de maak is. Maar in de fokkerij kan beperkte input de output enorm beïnvloeden, aldus voormalig Hypor-directeur Roalt van Noort, die vorig jaar overstapte naar ‘s lands grootste coöperatieve runder-KI CRV.
Het samengaan van het Varkensactiviteitencentrum (VAC), actief in Noord- en Oost-Nederland, en de Varkens KI Noord Brabant (Pigture Group) plaatst de overgebleven twee regionale KI’s Twente en Limburg voor de keuze: zelfstandig blijven en op den duur de concurrentieslag verliezen, of opgaan in de fusieorganisatie en eveneens het zelfbeschikkingsrecht verliezen. Een duivels dilemma.
Neutraliteit behouden
Bestuursvoorzitter Leo Philipsen van KI Limburg verwoordt het zo: „De neutraliteit van de coöperatieve KI moet behouden blijven. De varkenshouder moet kunnen winkelen in de keuze van de eindbeer. Maar we willen ook prijsstijgingen van het berensperma en KI service voorkomen. Als we niet meegaan in de fusie ontkomen we niet aan prijsverhogingen. De laatste jaren zijn de prijzen gelijk gebleven, maar de kosten voor energie, onderhoud en personeel zijn gestegen.”
Philipsen brengt tijdens de fusiebesprekingen een voorstel ter tafel waarbij de beren van commerciële fokkerijorganisaties beschikbaar blijven voor leden van het nieuwe KI-bedrijf. Nu zorgen eindberen van JSR, PIC en Piëtrain beren van de Duitse KI Ascheberg voor 15 procent van de omzet van KI Limburg. Ook op het station van KI Twente in Fleringen zijn beren in productie van concurrerende particuliere KI bedrijven.
Maar Philipsen is realist genoeg om te beseffen dat zijn voorstel een opmerkelijke constructie betekent. Een werkmaatschappij binnen de fusieorganisatie, waarbij eindberen van de particuliere concurrentie aan de leden worden geleverd. Het VAC had dit ook graag gewild, maar moest toegeven in de onderhandelingen met de Pigture Group.
Waarschijnlijker is dat de beide overgebleven regionale KI’s Twente en Limburg meegaan in het fusieproces, en dat leden die dat niet willen, verkassen naar de overgebleven particuliere concurrentie. Philipsen doet er alles aan om dat te voorkomen, maar grote bezwaren tegen deze gang van zaken zijn er niet te bedenken. Als er één grote landelijke coöperatieve KI ontstaat, lijkt er nog voldoende concurrentie over te blijven. Hoewel het niet helemaal duidelijk is welk marktaandeel de coöperatieve fusieorganisatie verwerft. Schattingen lopen uiteen van 80 procent tot meer dan 90 procent. In dit laatste geval dreigt er een monopoliepositie.
Kosten van gentechnologie
KI Staphorst-directeur Wim Reesink vindt het prima als de plannen voor één grote landelijke coöperatieve varkens KI doorgaan. „Mensen die om persoonlijke redenen niet uit de voeten kunnen met het VAC in Harfsen (Gld.) kunnen nu nog kiezen voor Fleringen (Ov.). Straks kan dat niet meer en zijn wij het enige alternatief.”
„Ook ben ik ervan overtuigd dat er ondernemers zijn die voor ons kiezen omdat wij met veel kortere lijnen werken dan zo’n grote organisatie. Bij KI Staphorst kunnen mensen de directeur direct aan de lijn krijgen.” Reesink legt uit dat zijn onderneming enkele jaren geleden is gefuseerd met Hypor om te voorkomen dat de concurrentie dankzij toepassing van DNA-merkertechnologie de slag zou winnen. „De kosten van gentechnologie kunnen alleen worden gedragen door grootschalige organisaties, zoals Hypor”, concludeert Reesink.
Impliciet geeft hij daarmee aan dat ook relatief kleine organisaties zoals KI Twente en KI Limburg met dit gegeven te maken hebben. Door te fuseren met de Pigture Group maken zij dure gentechnologische toepassingen beschikbaar voor hun leden.
Multinationals
De gang van zaken bij de runder-KI leert dat een landelijke fusiegigant niet per definitie voor een kostprijsstrategie hoeft te kiezen. In de rundersector is de keuze gemaakt voor een wereldwijde vlucht, waarbij het coöperatieve ledengeld wordt gebruikt om de opschaling te financieren.
CRV is op dit moment de enige coöperatieve runder-KI wereldwijd. De positie van CRV kan nog sterker worden als er ook een varkensfokkerijtak aan de activiteiten kan worden toegevoegd. Dan kan het zich pas echt meten met die andere wereldwijde KI-gigant, het Brits Amerikaanse ABS Genus.
Spreiding KI-stations
Naast de gevaren die een monopolie met zich meebrengt zoals zelfgenoegzaamheid, traagheid en gebrek aan inspraakmogelijkheden maken leden van de kleine coöperatieve KI’s zich ook zorgen over de spreiding van regionale KI-stations. In tijden van dierziekten is het van groot belang dat er zoveel mogelijk stations open blijven.