Varkensprijs maakt reuzensprong na de zomer
Het dal waaruit de varkensprijzen komen, was diep. Traag gaat het nu bergopwaarts. In maart lag de prijs krap 15 cent hoger dan in januari. Voor april noteerde de termijnmarkt van Hannover een 1,50 euro per kg, voor juli voorziet ze een prijs van 1,68 euro. „Wanneer het zomerweer doorzet, komen er de komende maanden een paar dubbeltjes bij”, verwacht Jan Bolhuis, onderzoeker van het Landbouw Economisch Instituut (LEI). Maar echt lekker loopt de markt niet.
Vion noteerde begin dit jaar 1,22 euro voor een kilo varkensvlees, in week 14 lag die op nog maar 1,39 euro. Een schamele 17 cent in een kwartaal. Dat de markt aantrekt, staat echter buiten kijf. Het slechte jaar heeft zijn effect gehad op het aantal opgelegde biggen. Er zijn behoorlijk wat zeugen geslacht, vooral in Duitsland. Uiteindelijk heeft dit een gunstig effect op de prijzen. Die lijken een reuzensprong te gaan maken.
Twijfel over rendement
Maar op deze grote klapper moeten varkenshouders nog wachten, voorziet Bolhuis. „Pas in het derde kwartaal van vorig jaar drong het echt door hoe slecht het ging.” Hij noemt nog eens de lage prijzen, het dure voer en de biggenprijs die niet omhoog wilde. Een aantal varkenshouders is gestopt en er zijn minder biggen opgelegd. Maar dergelijke besluiten worden zo lang mogelijk uitgesteld. Pas eind vorig jaar zijn er echt ingrijpende maatregelen genomen. „En dan gaat er nog een hele cyclus overheen. Het duurt dus zomaar negen maanden voor je iets merkt in de prijzen.”
De twijfel over het rendement lijkt voorlopig te overheersen. Vooral in het oosten van Europa. „Gezien het hoge aandeel graan in het voer, trekken de hoge graanprijzen daar extra hard aan de voerkosten.” In die contreien is de markt nog niet echt overtuigd van het rendement, meent Bolhuis.
Maar ook in onze contreien is een hogere varkensprijs noodzakelijk, erkent Vion bij monde van woordvoerder Marc van der Lee. „Voor een gezonde sector zouden de hogere grondstofprijzen moeten worden doorbetaald in de varkensprijzen.” Hij tekent echter een grote ‘maar’ aan. „Voorlopig is er nog erg veel vlees in de markt.” Het kan wel tot de tweede helft van 2008 duren voor de aankopende kant echt in beweging komt. Van der Lee doelt op de duizenden tonnen aan vlees die nog liggen opgeslagen in de EU.
Geen zicht op de keuzes
De opkoopregeling ging in november in. Brussel gaf vanaf november subsidie voor de opslag van 100.000 ton varkensvlees. De meeste contracten zijn afgesloten voor vijf maanden. In april en mei komen deze voorraden vrij. „Maar niet alles”, weet Rik van der Does, marktanalist bij de Productschappen Vee, Vlees en Eieren (PVE). „De opslag met drie maanden verlengen is een mogelijkheid. En dan is er nog de optie om al na twee maanden te leveren, mits het vlees wordt geëxporteerd.”
Het kan dus alle kanten op. Van der Does heeft er geen zicht op welke keuzes worden gemaakt. „Maar er vindt in elk geval meer spreiding plaats. Dat is goed voor de varkensmarkt.” De prijsstijging zet weliswaar niet echt hard door, maar de fluctuaties zijn ook minder. „En er wordt veel buiten de EU afgezet”, weet Van der Does. „De Denen leveren veel aanJapan. Dat komt allemaal niet op de Europese markt.” Ook de exportrestituties op karkassen en schouders ontzien de Europese markt. Die gaan er volgens Van der Does pas vanaf wanneer de marges voor de varkenshouders weer wat beter zijn.
Op welk moment dat zal zijn, durft Van der Does niet te zeggen. De voorraden slinken gestaag, rond augustus is het laatste vlees uit de opslag verdwenen, verwacht de marktanalist. „Wellicht houden sommigen nog wat voorraden aan, maar ze krijgen er dan geen vergoeding meer voor. En ook voor de kwaliteit zal langer bewaren niet bevorderlijk zijn.”
Religieuze beperkingen
De tendensen op de wereldmarkt dringen niet echt tot Nederland door. Wereldwijd is er meer vraag naar dierlijke eiwitten, maar die wordt op tal van manieren ingevuld. Kip is veel sneller en beter toegankelijk, weet Van der Lee van Vion. „Dat gaat veel sneller. In zes weken is de kip klaar. En kip kent geen religieuze beperkingen.”
Dat de consumptie van varkensvlees toeneemt, daar is hij van overtuigd. „Maar we moeten afwachten welke producten ze in Azië willen. Die moeten ook op voorraad zijn.” De vierkantswaardering zal naar verwachting gemakkelijker rond te zetten zijn, maar het maken van langdurige afspraken is een kwestie van lange adem, stelt Van der Lee. Bolhuis van het LEI wijst er op dat we de wereldwijd stijgende vleesconsumptie niet moeten overschatten.
„Vorig jaar werd in China zelfs twee procent minder varkensvlees gegeten dan in 2006.”De oorzaak daarvan ligt bij de consumentenprijzen die zo ongeveer zijn verdubbeld. „Bovendien zijn het vooral de VS en Brazilië die dat gat opvullen.” De groei van de wereldeconomie gaat zeker ook een effect hebben op de varkensprijzen, maar ook dat wil Bolhuis graag in perspectief plaatsen: „Er wordt gemakkelijk gezegd dat de economie in Azië met tien procent toeneemt, maar de inflatie bedraagt ook acht procent.” Met andere woorden: De consument heeft wel meer te besteden, maar moet ook meer betalen voor zijn boterham.
Tekst: Marc van der Sterren
Beeld: Marcel Bekken