Automatiseren of personeel aannemen
Het aantal bedrijven met varkens in Nederland vermindert voortdurend. Vooral bedrijven met varkenshouderij als neventak verdwijnen. In 2007 telde Nederland in totaal 8.690 bedrijven met varkens, waarvan 4.170 gespecialiseerde varkensbedrijven. De laatste groep bestaat uit 1.418 fokvarkensbedrijven, 1.751 vleesvarkensbedrijven en 1.001 gesloten bedrijven. Naast een toenemende specialisatie in varkens neemt het aantal varkens per bedrijf toe.
Dit betekent steeds meer werk. Deze stijgende arbeidsbehoefte is onder andere in te vullen met verdergaande automatisering. Het voeren, klimaatbeheersing en het schoonspuiten van stallen is vrijwel volledig te automatiseren. Nieuwe technieken zoals camerasystemen voor de gewichtbepaling van vleesvarkens, eventueel met selectiestation en weegbrug, zouden het selecteren en afleveren van slachtrijpe varkens kunnen vereenvoudigen.
Ook kan een dergelijk systeem bijdragen aan gezondheid- en groeimonitoring. Dat bespaart arbeid, maar tot een zekere grens. Op bijna alle varkensbedrijven met meer dan 350 zeugen, meer dan 4.000 vleesvarkens of een mix van beide wordt met vreemde arbeid gewerkt.
Automatisering vleesvarkenshouderij
„Automatisering is in de vleesvarkenshouderij makkelijker dan in de zeugenhouderij. Op grotere vleesvarkensbedrijven is bijvoorbeeld relatief veel tijd nodig voor schoonmaken”, vertelt Jan van der Heijden, adviseur van Bestra Consultancy. „Vanwege de bedrijfsomvang en een uniforme stalinrichting kun je met een spuitrobot meters maken in arbeidsproductiviteit.”
„Op zeugenbedrijven is het vangen van biggen en de behandeling van deze jonge kwetsbare dieren nog veel handwerk. Dat is lastig te automatiseren.” Volgens Antoon Sanders, consultant van Accon AVM, heeft bij een stijgende arbeidsbehoefte automatisering de eerste voorkeur boven personeel aannemen. „Dat is altijd het goedkoopste, want één medewerker staat ruwweg gelijk aan de investeringsruimte van 450.000 euro. Maar niet alles is te automatiseren en bij een bepaalde bedrijfsomvang is sowieso personeel nodig.”
Hilkens vindt dat een ondernemer vooral zelf moet bepalen hoe de verschillende taken het beste ingevuld kunnen worden. „Automatisering kan de bedrijfsvoering zeker ondersteunen, maar kan nooit het management van varkensbedrijven vervangen. Controle en goed diermanagement zijn bepalend voor de technische en financiële resultaten en dat is toch mensenwerk. Het oog van de meester blijft belangrijk”, stelt Hilkens. „Op grotere gespecialiseerde bedrijven is al snel personeel nodig. Daarbij is het belangrijk om de productiefactor arbeid zo efficiënt mogelijk te benutten.”
Arbeid efficiënter benutten
Het verschil in arbeidsproductiviteit tussen varkensbedrijven is erg groot. „In Nederland varieert dit per gewerkt uur van 2 tot 5 biggen en van 4 tot 7 vleesvarkens”, aldus Van der Heijden.
Hij stelt vast dat de arbeidsproductiviteit kan op veel bedrijven verder omhoog kan. „Werk planmatig, zorg voor structuur en voorkom problemen. Verstoringen van het bedrijfsproces zijn ‘killing’ als het om productiviteit gaat. Geregeld onderhoud van voerinstallatie, verwarming en ventilatie zijn noodzakelijk om ad hoc brandjes blussen te voorkomen. Systeemstoringen kosten niet alleen tijd en ergernis, maar ook productie.”
Sanders vindt dat de automatiseringsgraad op de meeste varkensbedrijven al hoog is. „Het gaat veel meer over structureel werken, goede looplijnen en doordachte werkprocessen. Dat levert nog het meeste op.” De kosten van vreemde arbeid op varkensbedrijven zijn hoog. „Met minimaal 20.000 tot 25.000 euro per persoon per jaar is het vaak de tweede of derde kostenpost op het bedrijf”, weet Hilkens. „Bedrijfseconomisch gezien is het raadzaam om alleen vreemde arbeid in te zetten als dat ook echt nodig is. Ik zie nog wel eens bedrijven waar ‘luiheid’ in het bedrijf ontstaat, sinds er een fulltime medewerker is aangetrokken. In sommige gevallen wordt de arbeidsproductiviteit van de ondernemer dan te laag.
Andersom gebeurt ook. Op zeugenbedrijven die bijvoorbeeld verdubbelen naar 1200 zeugen, stijgt de arbeidsproductiviteit vanzelf. Bij een kredietaanvraag is arbeidsproductiviteit ook een item. Als deze hoog is, worden nu eenmaal minder kosten gemaakt voor de inzet van vreemde arbeid.”
Blokken werk uitbesteden
Bij groei van varkensbedrijven kunnen als eerste blokken werk worden uitbesteed, zoals insemineren, scannen, enten, administratie of schoonspuiten. Flexibele inzet van arbeid met losse krachten of parttime medewerkers is efficiënt als er nog niet voldoende werk is voor het aanstellen van één of meer vaste medewerkers. Als bedrijven veel groter worden, ontstaan er twee categorieën arbeid: routinewerk en werk voor één of meer bedrijfsleiders, afhankelijk van het aantal bedrijfslocaties.
„Besteed als eerste het routinewerk uit en zorg zelf als ondernemer dat de varkens voldoende aandacht krijgen. Dat levert altijd rendement op”, stelt Hilkens. „Het varkensmanagement kun je ook uitbesteden aan een hoger opgeleide bedrijfsleider. Zorg dan dat deze persoon efficiënt werkt en niet te veel tijd kwijt is met routineklusjes.”
„Daarvoor is een bedrijfsleider te duur. Het moet vooral een varkensmanager zijn, die goed is in het snel signaleren van afwijkingen waardoor het technisch en financieel goed blijft draaien.” De keuze voor automatisering of personeel hangt sterk af van wat de ondernemer wil en kan. „Er zijn voorbeelden van perfectionistisch ingestelde vakmensen die nauwelijks werkzaamheden kunnen delegeren, omdat andere mensen het werk altijd anders doen dan zijzelf”, zegt Van der Heijden.
„Op basis van deze persoonlijke eigenschap wordt groei van het bedrijf verder dan gezinsbedrijf lastig. Zij neigen naar maximaal automatiseren en zij zullen hoogstens standaardbehandelingen, zoals castreren of ijzerinjecties, uitbesteden. Dat zijn niet altijd de leukste klusjes, waardoor het lastiger is om voor deze werkzaamheden structureel ‘vaste’ mensen te vinden.”
De beschikbaarheid van goede medewerkers kan ook belemmerend werken om verder te groeien. „Personeel is erg moeilijk te vinden. We komen nu al veel handen tekort”, constateert Sanders. „Het werken in de varkenshouderij heeft geen goed imago. Er is buitenlandse arbeid nodig. Ik verwacht dat er uitzendbureaus komen die blokken werkzaamheden op grotere bedrijven gaan aannemen met inzet van ambulante medewerkers.”
Tekst: Janet Beekman
Beeld: Ingrid Zieverink