Nieuwe kwaliteitsslag voor Farmingnet

Sinds de eerste proef in 2005 krijgen zo’n kleine 1.900 varkenshouders daags na de afvoer van hun dieren alle mogelijke gegevens over gewicht, vlees-, spier- en spekgegevens, typering en gezondheidsafwijkingen per computer thuisbezorgd. En er wordt hard gewerkt aan een nieuwe kwaliteitsslag om het systeem nog sneller en vooral overzichtelijker te maken, verklapt Vion-kwaliteitsmanager Toin Smolders.

Tevredenheid over Farmingnet is er bij Vion zeker. „Met dit kwaliteitsmanagementsysteem is gemiddeld een saldoverbetering van 1 tot 1,5 cent per kg geslacht gewicht gerealiseerd. Sommige bedrijven haalden veel meer extra saldo met uitschieters tot wel 13 cent per kg. Bij grote aantallen vleesvarkens is dat heel veel geld”, zo liet Vion-manager Marc van der Lee vorig jaar al weten.

Snelheid internet soms bepalend
En Vion presenteert op de eigen site een zeer aansprekende berekening van het saldoverschil tussen de varkensbedrijven aan ‘de onderkant’ (- 5,2 ct/kg) en aan de ‘top’ (+ 3,8 ct/kg), bij elkaar ongeveer 9 cent per kg verschil. Oftewel bijna 9 euro meer of minder uitbetaling per varken. Voor iedere varkenshouder is dat verschil snel uit te rekenen.

Varkenshouder René Weijs uit Leunen is vanaf het eerste uur betrokken geweest. Samen met enkele tientallen collega’s nam hij deel aan de eerste pilot in 2005. „Zowel wij als varkenshouders als Vion hadden bepaalde verwachtingen, maar zeker in het begin liepen we tegen flinke problemen aan. Dat was ook niet erg, Vion had ons juist gevraagd om alle grote en kleine problemen door te geven. En onze wensen.”

„Ik had ook echt de indruk dat daar wat mee gedaan werd. Maar pas toen er een nieuw programma geschreven was, ging het veel beter. Waarbij je soms tegen heel praktische problemen aanliep zoals de snelheid van het internet. Die was en is op het platteland niet overal even goed.”

Het hoort erbij
Inmiddels is rond de 95 procent van de varkenshouders die aan Vion leveren, aangesloten. Dat percentage zal niet veel meer veranderen, is de verwachting. Geen of slecht internet en kleine vleesvarkenslocaties zorgen daarvoor.

De beide Limburgse varkenshouders kunnen zich in ieder geval niet meer voorstellen dat zij geen Farmingnet zouden hebben. „Natuurlijk, je kunt overal zonder als het moet, maar het is net als met de gsm en de laptop, het hoort erbij. Met de resultaten weet je meteen waar je aan toe bent. Je kunt er ook niet meer over discussiëren zoals vroeger toen je zo nu en dan eens een envelop met resultaten kreeg. Die keek je eens in en legde daarna alles aan de kant om te vergeten. Nu staan alle cijfers heel snel en duidelijk op een rijtje.”

Uniforme en gezonde varkens
Waarna Paul de Rond uit Echt een voor hem belangrijk kenmerk van het systeem aanroert: het leveren van een uniform en gezond varken volgens de juiste planning wordt beloond, afwijkingen worden gestraft. „Als boer wil je beloond worden en niet gekort. Je wilt graag plussen. Geld is altijd een goede drijfveer, geld stuurt. Het voelt ook goed dat VION met jouw bedrijf bezig is. Ondersteunend en niet controlerend, zo ervaar ik dat tenminste.”

En iedere cent telt, zo weet René. „Op basis van de slachtresultaten kun je heel snel bijsturen met voeren. Het helpt je bij de voortdurende vraag: waar kan ik wat halen? Neem de twee extremen, dus een korting van 6 cent de kilo of een bonus van 4 cent, dan praat je wel over 1.800 euro verschil bij een vracht van 200 vleesvarkens.”

Beide varkenshouders vinden Farmingnet vooral belangrijk om zo snel mogelijk de bedrijfsvoering te kunnen aanpassen. „Eerst kon dat pas weken na het leveren van de varkens, nu dus al heel kort na de aflevering. De volgende stap kan zijn dat je ook gegevens uit de mestperiode gaat vastleggen in Farmingnet. Denk bijvoorbeeld aan informatie die je verzamelt met tussentijdse wegingen en cameratoezicht. Maar dat zal nog wel even gaanduren.”

Verdere uitbouw systeem
Zowel de beide varkenshouders als de Vion-kwaliteitsmanager zien Farmingnet als een win-win situatie voor boer en slachterij. Natuurlijk heeft VION belang bij het op tijd afleveren van uniforme en gezonde dieren voor het optimaal kunnen functioneren van de slachtlijn, zo geeft Toin Smolders meteen toe, maar toch is het volgens hem vooral een gezonde samenwerking. „Wij als Vion signaleren iets, maar dat kunnen wij niet oplossen, dat moet dus de boer zelf doen, samen met zijn adviseurs. Bij hen moet het kwartje vallen. Maar we hebben elkaar nodig.”

Daarom wordt er hard gewerkt aan verdere uitbouw van het systeem. „Je krijgt nu lange en complete lijsten met gegevens over gewicht, spekdikte en noem maar op, maar dat is moeilijk te duiden. Wat betekenen die lange rijen cijfertjes precies, wat zijn de trends en verbanden, dat is veel belangrijker. Daarom werken we nu aan een Farming-analyseknop. Met een druk op de knop krijg je dan een aantal grafieken te zien over een periode van minstens 1,5 tot 2 jaar.”

„Die periode is lang genoeg om er enkele zomer- en winter- maar ook ziektekundige dips in te hebben. Dan kun je dus in een oogopslag in een grafiek zien hoe jij het als boer doet vergeleken met het gemiddelde. Nu gaat het nog iets te veel over de week- en maandgetallen waarop dan alles snel aangepast wordt. De focus moeten we op een wat langere periode leggen.”

Kwartaalgesprekken
Een belangrijke rol ziet Smolders weggelegd voor kwartaalgesprekken over de analyses vanuit Farmingnet met naast de boer en VION ook de voerleverancier en de veearts. „Dat wordt nu uitgewerkt. Samen kun je dan je doelstellingen bepalen. Met als vaste uitdaging opbrengstverhoging en kostprijsverlaging. Ook aan zaken als een nog hogere betrouwbaarheid van de resultaten aan de slachtlijn, met betrekking tot automatische borgen-/geltenregistratie en de weging van de maag-darmpakketvulling wordt hard gewerkt.”

Voor René Weijs is de veearts bij zo’n kwartaalgesprek niet altijd noodzakelijk; „Die haal ik als ik gezondheidsproblemen heb in de stal. Al heb je soms koppels die gezond ogen, maar na de slacht erg tegenvallen. In zo’n analyse zie je dat later dan wel terug. Minder gegroeid, meer voer.”

Dat Farmingnet nog verder uitgebouwd kan worden, daarvan zijn beide varkenshouders overtuigd. „Bij ons op het bedrijf en in de sector gaan de ontwikkelingen ook razendsnel. Informatie wordt steeds belangrijker. Het moet allemaal sneller en handiger.”

Smolders zet in ieder geval de beide varkenshouders al meteen aan het denken als hij aanstipt dat 1 millimeter spekdikte 1,5 euro aan voer kost. „Dat is het belang van de boer. En als Vion willen we de 10 procent dikste spekkers dichterbij de 10 procent minste spekkers brengen, die groepen moeten bij elkaar komen.”

Paul de Rond en René Weijs
René heeft samen met zijn broer een maatschap in Leunen bij Venray (L.) met 640 zeugen, 3.200 vleesvarkens, inclusief eigen vervoer van biggen en vleesvarkens en 40 hectare akkerbouw. Via het bekende rijtje Coveco en Dumeco kwam hij vanzelf bij VION terecht.

Zijn collega Paul de Rond heeft in Echt (L.) een bedrijf met 950 zeugen en 6.000 vleesvarkens. En nog 20 hectare grond, „maar dat is meer voor de mest”. Na een uitstapje naar Duitsland, en via een Nederlandse collega-slachterij levert hij nu zijn vleesvarkens weer aan VION.