Overheid moet innovatief stalsystemen financieel ondersteunen
Uit het onderzoek ‘Innovatieve stalsystemen voor verwaarding van varkens-, kalver- en rundveemest’ blijkt dat de stalsystemen die nodig zijn voor de transitie naar een volledige en centrale mestverwerking van dagverse mest of gescheiden mestfracties maar gedeeltelijk uit het verlaagde poorttarief en het eventueel vermarkten van CO2-equivalenten kunnen worden gefinancierd. De veehouder heeft dus financiële steun nodig om de zonder verlies in nieuwe emissiearme stalsystemen te investeren.
Geen extra investeringsruimte
De zogenaamde berekende gecreëerde investeringsruimten geven aan dat voor zeugen geen extra investeringsruimte voor realisatie van de innovatieve stalsystemen ontstaat voor het dagelijks spoelen met verse mest (zeugenmest is minder geschikt voor biogas). Voor alle diercategorieën blijkt dat spoelen met ammoniakarme vloeistof niet leidt tot een extra investeringsruimte, ondanks de lagere poorttarieven. Bij de overige systemen ontstaat wel een extra investeringsruimte, waardoor een deel van de investeringen in de stalsystemen kunnen worden terugverdiend met de inkomsten uit het verlaagde poorttarief.
Dagverse mest
Binnen de melkvee-, varkens- en kalverhouderij zijn verschillende innovatieve stalsystemen in ontwikkeling die leiden tot dagverse mest of gescheiden mestfracties. Deze systemen hebben lagere ammoniak- en methaanemissies in de gehele mestketen en de mestproducten zijn beter te verwaarden. Urine doorlatende vloeren, dichte vloeren en het koetoilet zijn praktijkrijpe systemen voor de melkveehouderij. Binnen de varkens- en kalverhouderij sluiten systemen met mestbanden, mestschuiven, dagelijks spoelen met verse mest en dagelijks spoelen met ammoniakarme vloeistof aan bij de mestafzetketens. De nadelen van deze vernieuwende stalsystemen zijn vaak extra arbeid of onderhoud en door toevoeging van bijvoorbeeld pompen, motoren of een mestrobot meer elektriciteitverbruik.
Minder geuremissie
Naast de voordelen van een verminderde broeikasgas- en ammoniakemissie, dragen stalsystemen met dagontmesting en scheiden van gier en feces ook bij aan een beter stalklimaat en minder geuremissie vanuit de stal. Verder kunnen door dit soort stalsystemen hoogwaardige meststoffen worden geproduceerd, die een alternatief kunnen bieden voor het gebruik van kunstmest en de verhoogde productie van biogas of elektriciteit door verse dagmest.
Aanvullende financiering
In het rapport is berekend wat de gecreëerde investeringsruimte is voor de meest praktijkrijpe stalsystemen die werken met mest scheiding of dagontmesting. De gecreëerde investeringsruimte is berekend aan de hand van de besparing op mestafzetkosten bij de centrale verwerker (poorttarief) als gevolg van het aanleveren van verse mest of gescheiden mestfracties en het eventueel vermarkten van CO2-equivalenten ten opzichte van extra jaarlijkse vaste kosten van het nieuwe stalsysteem. Dit is berekend voor de varkens- en vleeskalverhouderij. Als de investeringsruimte niet voldoende is om de jaarkosten van het stalsysteem te bekostigen, is aanvullende financiering (bijvoorbeeld in de vorm van subsidie) nodig om deze innovatieve stallen te bouwen en de gewenste emissiereducties te realiseren.