Overheidssteun studieclubs uitgebreid
De website www.verantwoordeveehouderij.nl toont de resultaten van de Regeling Praktijknetwerken tot nu toe. Bijvoorbeeld het project Varkansen dat nieuwe stalconcepten ontwikkelt en het project ‘Beter biggen overleggen’. Ook is er een netwerk opgestart dat het gebruik en de registratie van antibiotica als onderwerp heeft gekozen.
Vanaf 15 september tot en met 29 oktober kunnen veehouders, agro mkb-ondernemingen en kennisinstellingen voor nieuwe onderwerpen inschrijven. De medewerkers Maureen Anderson en Bas Schonenberg van de Dienst Regelingen lichten de vernieuwde regeling toe.
Is de belangstelling groot?
„Jazeker. We merken dat praktijknetwerken aanslaan. De voorlichtingsbijeenkomst die we 14 september voor de agrarische sector hielden, was helemaal volgeboekt.”
Dus de regeling is al overtekend?
„Dat zeker niet. Op 14 september konden er nog geen aanvragen worden ingediend. Bovendien worden de aanvragen niet op volgorde van datum gerangschikt. Het gaat erom dat de aanvragen vernieuwend zijn. Iedereen kan tot 29 oktober een aanvraag indienen. Vaak wachten indieners ook tot het laatste moment om de aanvraag zo goed mogelijk te verzorgen. Er is ook extra geld beschikbaar gesteld voor de regeling en het maximum bedrag per praktijknetwerk is vergroot van 25.000 naar 40.000 euro. Overigens is de regeling nu ook opengesteld voor akkerbouwers.”
Dienst Regelingen maakt voor het eerst onderscheid tussen kleine en grote netwerken. Wat is het inhoudelijke verschil?
„Bij kleine praktijknetwerken voor en door boeren worden vernieuwende producten en productiemethoden ontwikkeld. Bij grote praktijknetwerken gaat het erom dat de hele productiekolom erbij wordt betrokken en de kennisuitwisseling moet gaan over klimaatverandering, hernieuwbare energie, waterbeheer of biodiversiteit. Ook kennisinstellingen en het agro mkb-bedrijfsleven moeten meedoen. De subsidiebedragen zijn veel groter en zo wordt de financiële verantwoordelijkheid over meer schouders verdeeld.”
Kunt u een voorbeeld geven van een groot praktijknetwerk?
„We denken bijvoorbeeld aan een project voor de aanplant van houtwallen. Een groep akkerbouwers en veehouders neemt het initiatief. Een cultuurhistorische landschapsorganisatie denkt met de initiatiefnemers mee en een energiemaatschappij wordt benaderd om het snoeihout als biomassa te gaan benutten. Ook de gemeenten worden erbij betrokken. Zo zou het kunnen gaan.”
Kan er een combinatie worden gemaakt met andere subsidieregelingen, bijvoorbeeld de SDE-regeling voor duurzame energie of de regeling Maatlat Duurzame Veehouderij?
„Dat kan, want deze regelingen overlappen elkaar niet. De Regeling Praktijknetwerken subsidieert kennisuitwisseling. Investeringen in machines of gebouwen worden niet gesubsidieerd.”
Hoe verloopt de aanvraagprocedure?
„Via de website ‘Mijn dossier’ van het ministerie van LNV (www.minlnv/loket). Er hoeft geen projectplan te worden geschreven, maar wel moeten er specifieke vragen worden beantwoord, bijvoorbeeld over de meerwaarde van het project. Ook moet er een begroting van de kosten en inkomsten worden gemaakt. Zodra de aanvraag is verzonden, gaat een onafhankelijke commissie van deskundigen de plannen beoordelen. Voor 1 maart 2011 neemt Dienst Regelingen een besluit. Als de subsidie wordt toegekend, moet het praktijknetwerk uiterlijk drie maanden daarna voor het eerst bij elkaar komen.”
Gebeurt het vaak dat een aanvraag wordt afgewezen of halverwege gestaakt?
„Zelden. Goed overleg vooraf is belangrijk. We adviseren graag, bijvoorbeeld over kennisinstellingen. Mocht een project halverwege staken, dan stopt ook de subsidie. Betaling geschiedt op basis van gefactureerde en betaalde kosten.