'Brexit kan tot een grotere crisis leiden dan de Ruslandblokkade'
Wat betekent Brexit voor de varkenssector?
Groot-Brittannië is een van onze belangrijkste afzetmarkten. We exporteren vanuit Nederland voor 9 miljard euro aan vlees, waarvan bijna 1,3 miljard euro naar de Britse markt. Voor bijna de helft, 600 miljoen euro, betreft dat varkensvlees. Maar de effecten zijn groter dan dat. De vierkantsverwaarding speelt ook een rol. Groot-Brittannië neemt vooral de varkensmiddels af. De schouders gaan naar Duitsland, de hammen naar Zuid-Europa, en varkenssnuiten en -oren naar Azië. De 600 miljoen euro waarde aan export naar Groot-Brittannië vertegenwoordigt dus een veel grotere waarde aan productie. Als we de middels niet meer kwijt kunnen, of tegen een veel lagere prijs aan derde landen moeten verkopen, heeft dat zijn weerslag op de andere produkten.
Maar dat is enkel ons land. Het Verenigd Koninkrijk importeert ook varkensvlees en rundvlees uit andere landen. De markt is goed voor 4,4 procent van de afzet van Europees vlees (buiten het VK zelf). En ook hier speelt de vierkantsverwaarding weer een rol. En daarbij gaat het om vlees waar een goede prijs voor wordt betaald. Als die markt wegvalt, krijgen we een grote crisis. Groter dan vijf jaar geleden, met de Ruslandblokkade.
Maar een Brexit betekent toch niet meteen dat de Engelsen geen varkensvlees meer eten?
Nee, maar dat vlees komt dan niet noodzakelijkerwijs uit Europa. De VS zal met plezier hun vlees in Groot-Brittannië gaan verkopen. Kijk, het ligt er in de eerste plaats natuurlijk aan of er een harde of een zachte Brexit komt. Bij een harde Brexit, als de EU en het Verenigd Koninkrijk geen handelsovereenkomst kunnen sluiten, zal het VK geen onderdeel meer uitmaken van de interne markt. Nu zit het nog binnen de Europese tariefmuren. Derde landen die vlees in de EU willen afzetten betalen daar importtarieven over. Als het land straks buiten die tariefmuren zit, valt dat importtarief weg en wordt buitenlands vlees voordeliger. Tegelijk zal Europees vlees duurder worden in het VK, zelfs als het land geen importtarieven gaat heffen. Dat vlees gaat dan een externe grens over, en dat brengt extra kosten met zich mee. Denk aan douane-afhandelingen, een nieuw certificeringssysteem, enzovoorts.
De verschillen in kosten tussen Europees vlees en vlees van buiten de EU worden dus kleiner als het VK de interne markt verlaat, en daarmee wordt Amerikaans vlees aantrekkelijker.
En als er wel een handelsakkoord komt?
Dat zou wel eens even kunnen duren. Normaal duurt het vijf tot zeven jaar om een nieuwe markt te openen, omdat op detailniveau allerlei afspraken moeten worden gemaakt. Over de kwaliteit van het vlees, over methodes van keuring, enzovoort. Het zal makkelijker gaan om een akkoord te sluiten met het Verenigd Koninkrijk, maar dan spreek je nog over een proces van jaren. En we hebben het hier over vers vlees. Er is geen andere productcategorie die zo'n moeilijk proces voor goedkeuring heeft als die voor vers vlees.
De Commissie maakt ondertussen geen haast met het proces. Die denkt dat vooral de Engelsen de pijn zullen voelen als er geen handelsakkoord komt. Maar op het vasteland zal het vooral de varkenssector zijn die die pijn voelt. Ik hamer er daarom bij de Commissie op dat ze nu al een exportprocedure voor vers vlees in de steigers zetten, en daarmee niet wachten tot Groot-Brittannië beweegt.
Wat kan de varkenshouder doen?
Verrekte weinig, eigenlijk. Zorgen dat hij voorbereid is op een nieuwe periode van lage prijzen. En verder kan hij via zijn vakorganisatie druk zetten op de Europese Commissie. Die moet er voor zorgen dat het proces er staat wanneer het Verenigd Koninkrijk daadwerkelijk uit de EU stapt. De slachterijen kunnen ondertussen zoeken naar alternatieve markten voor de varkensmiddels. China, bijvoorbeeld, of Japan of Mexico. Maar daarbij moet je bedenken dat de Engelse markt geld overheeft voor vlees van hoogwaardige kwaliteit - en dan bedoel ik vlees van dier- en milieuvriendelijke bedrijven. In andere landen is dat minder, en daar zullen de middels dus minder opbrengen.
De slachterijen moeten zorgen dat ze hun certificering voor die markten in orde hebben. Vion is ondertussen Japan-gecertificeerd, maar de andere Nederlandse slachterijen zijn nog niet zover.