Column: Tientje per uur
De helft van de boeren is 55-plus en vaak zonder opvolger. Jonge boeren worden nauwelijks nog geboren en zij die er vandaag voor kiezen, doen dat bewuster dan pa en ma. Niet jaarrond gekluisterd aan het eigen erf en net als ieder ander voldoende weekends vrij. Vreemde arbeid wordt sneller ingezet en eigen uren moeten minimaal 40 euro opbrengen en daarmee een kleine ton aan jaarwinst.
Uit onderzoek blijkt dat buiten de landbouw de gemiddelde ondernemer € 80.000 per jaar verdient. Jonge ondernemers zetten vaker een bv-structuur op en betalen zichzelf privé goed uit. Lukt dit een lange periode onvoldoende, dan trekken ze de stekker eruit en gaan ze wat anders doen. Omdat ze goed opgeleid zijn, lukt hen dat beter dan hun ouders. Dit bewuste ondernemerschap is een goede zaak. De meeste boeren van mijn generatie onttrekken € 30.000 per jaar aan het bedrijf, werken 50 weken van 60 uur en verdienen slechts een tientje per uur.
Onze oudste dochter staat fulltime voor groep acht, de tweede gaat in september bedrijfskunde studeren en de jongste is dit jaar aan het vwo begonnen. Denk dat de opvolger buiten de deur gezocht moet worden en daar bereid ik mij op voor. Met 21 jaar nam ik het bedrijf over en na dertig jaar is het tijd voor verfrissende energie.
Toen we onlangs ons jaarlijkse uitje hadden voor de Agrarische Ondernemersprijs, zei de 46-jarige winnaar dat je op zijn leeftijd niet meer alle ondernemersbeslissingen zelf moet nemen. Hij had daarom twee jonge vennoten binnen het bedrijf opgenomen. Hij heeft gelijk. Een bedrijf heeft dynamiek nodig en een beetje uitboeren is niks aan. Een ondernemer moet vervangbaar zijn en handen en hoofd af en toe vrij kunnen maken. Ondernemen is hartstikke mooi; nog mooier is dat de onderneming ook zonder jouw directe inbreng doordraait. Dan heb je immers wat bestendigs opgebouwd en geen labiele toko die bij het minste of geringste stilvalt. De uitdaging na je 50e krijgt zo een andere dimensie dan de dertig jaar ervoor.