Rob Tettero: ‘Leren accepteren, niet goedkeuren’
Het interview komt hem eigenlijk slecht uit. Met temperaturen die ’s nachts richting de min 20 graden Celsius gaan, is het voor hem bijna ondoenlijk om de vorst buiten de onverwarmde vleesvarkensstal te houden. De biggen van 25 kg zijn net opgelegd en omdat ze nog weinig warmte produceren, is het kwik in de stal onder het vriespunt gedaald. Om de gevoelige Piétrain-biggen te beschermen tegen de vorst is hij samen met zijn Hongaarse werknemers druk bezig met het aanbrengen van extra isolatie om de ergste kou buiten te houden.
Kosten voorschieten
Varkens op stro, gemakkelijke mestwetgeving, geen dierrechten en lage huisvestingskosten. Voor Rob Tettero was Hongarije het ideale land om een eigen vleesvarkensbedrijf te starten. Hij had een locatie gevonden die hij kon huren. Zijn idee was om binnen een jaar het gesloten bedrijf met 150 zeugen om te bouwen tot een locatie met 2.500 vleesvarkens. Nu na anderhalf jaar en vele verbouwingen verder telt zijn stal 2.700 vleesvarkens.
Op de vraag hoe het gaat, is hij dan ook kort en bondig. „Goed. Het eerste doel was om zo snel mogelijk te groeien en dit is gelukt.” Hij werkt samen met een Nederlandse varkenshouder en mengvoederfabrikant om zijn bedrijf zo stap voor stap op te bouwen. „Met de juiste mensen in een samenwerkingsverband kun je wat bereiken. Met samenwerken geef je een deel van het financiële aspect en besluitvorming uit handen. In zowel positieve als negatieve zin. Zonder deze samenwerking was het voor mij niet mogelijk geweest.”
Land op zijn gat
Wat Tettero anderhalf jaar geleden niet kon voorspellen, was de financiële crisis die Hongarije zo hard treft. De Hongaarse munteenheid Forint is ten opzichte van de euro in een half jaar tijd met 20 procent in waarde gedaald. Je moet nu 320 Forint betalen om een euro te krijgen. Bovendien is de standaard btw gestegen van 25 naar 27 procent. Als klap op de vuurpijl kunnen Hongaren in tegenstelling tot eerst niet meer rentevrij lenen.
Mensen met een schuld zitten nu vast aan een rentelast van grofweg 15 tot 30 procent. Onbetaalbaar voor de gewone burger. Veel banken zien het geld dan ook niet terug. Volgens Tettero ligt het land op zijn gat. „De komende vijf jaar zie ik hier niet veel meer gebeuren. Banken hebben geen geld. Aan vreemd vermogen kom je niet. Wil je echt hier iets kunnen opzetten dan moet je veel eigen vermogen hebben.”
Tettero ondervindt dagelijks de gevolgen van de crisis. Door het grote mesttekort had hij gehoopt om geld te beuren voor zijn meststro. Alleen de akkerbouwers zitten in financiële problemen en hebben geen geld om het te betalen. Noodgedwongen ruilt hij nu vaak zijn stromest tegen nieuw stro.
De financiële crisis heeft hem ook aan het twijfelen gebracht. De Hongaarse eigenaar van wie hij het bedrijf huurt ligt op sterven. Van de dochter heeft Tettero gehoord dat hij zijn bedrijf snel wil verkopen tegen een aantrekkelijke prijs. Toch neigt hij ernaar om het niet te doen. „De keuze voor mij is om de vaste huurlasten te dragen en de winst te gebruiken voor renovatie en uitbreiding of te sparen. Als ik het koop, raak ik het waarschijnlijk nooit meer kwijt”, schetst hij het dilemma.
Ingeburgerde gewoontes
Bij zijn aankomst had hij zich ingesteld om zich aan te passen aan de cultuur en de juiste mensen met presentjes te vriend te houden. Alleen verbaast hij zich nog regelmatig over de grote mate van corruptie die er op nog geen dag rijden van Nederland heerst. „Het blijft moeilijk om dat te accepteren. Bij accepteren bedoel ik begrijpen, niet goedkeuren.”
Hij is recent nog het slachtoffer geworden. „Een Belgische jongen was op zoek naar werk en onderdak. Ik zocht een bewaker. De deal was snel gemaakt. Ik zorgde voor kost en inwoning en hij zou dag en nacht de wacht op het bedrijf houden. Alleen niet veel later kreeg hij geld aangeboden van een crimineel hier in de buurt en heeft hij zonder medeweten van mij tientallen varkens verkocht.”
Bij het aangifte doen kwam Tettero er al vrij snel achter dat de politie niet mee wilde werken. Wat bleek: de plaatselijke crimineel is een vriendje van de burgemeester en dus ook van de politie. „Bij de politie van een grotere stad verderop wordt nu wel aan de zaak gewerkt. Wie weet biedt dat kansen, al kan ik naar mijn geld fluiten. Het blijft opletten met die criminelen en maffiabazen.”
Geen initiatief nemen
Iets andere dat diep is ingeburgerd, is het voormalige communisme. Hoewel Hongarije al sinds 1990 een democratisch kiesstelsel kent, merkt Tettero nog veel van het verleden. „Initiatief nemen kennen de mensen niet. Ze zullen nooit iets doen zonder dat je het ze opdraagt. Een ander voorbeeld. Hier beredeneren de mensen: waarom zou ik harder gaan werken als ik sneller klaar ben? Dan krijg ik minder betaalde uren. Dus door harder te werken verdien ik minder.”
Het bedrijf waar Tettero zijn varkens houdt, is een oud-communistisch bedrijf dat nog steeds van het dorp lijkt te zijn. Als hij mensen binnenlaat, lopen ze rond alsof ze in hun eigen huis zijn. Bovendien proberen sommige buurtbewoners op allerlei manieren zijn geld weg te plukken. „Een ex-brandweerman kwam hier dagelijks zomaar het erf oplopen. Hij was vroeger controleur voor de brandveiligheid bij communistische bedrijven.
Zonder te vragen, had hij een paar waarschuwingsbordjes voor brandveiligheid opgehangen. Toen hij een keer bij het varkens laden kwam kijken, wilde hij een varken voor niets als tegenprestatie. Ik heb hem dat toen maar gegeven om van hem af te zijn. Alleen vier maanden later bij de volgende laadronde wilde hij weer een gratis varken. Ik heb dat geweigerd. Nog geen twee weken later stonden hier controleurs op de stoep om te controleren of alles wel aan de regels voldeed.”
Groot personeelsverloop
Het plaatsje Koscér waar Tettero woont, bevindt zich midden in de Hongaarse poesta met uiteengestrekte graslandschappen. Toch wordt hij omgeven door Nederlandse buren. Al zijn het voor het merendeel vakantiehuisjes die alleen in de zomer zijn bevolkt. Nu zijn vriendin Annelies weer in Nederland studeert, is hij voornamelijk aangewezen op de Hongaarse gemeenschap. Die omschrijft hij als ‘hartstikke gastvrij’.
„Je kunt gemakkelijk contacten leggen, er heerst een echt dorpsgevoel waar je overal en altijd bij iedereen welkom bent. De mensen willen je veel meer helpen en zijn veel minder op zichzelf gericht als in Nederland.” Toch kent de Hongaarse samenleving ook zijn keerzijde. „Ik ben een rijke miljonair in hun ogen. Sommige mensen gunnen het je niet dat je als jonge jongen een bedrijf met een groot aantal varkens runt.”
Iets wat er moeilijk in kan bij Tettero. Hij vindt juist dat de mensen blij moeten zijn dat hij hier is begonnen en zo werkgelegenheid creëert. „Ik ben een van de vijf werkgevers in de verre omtrek. 70 procent van het dorp is werkeloos.” Hij heeft zelf drie mensen in dienst voor het handmatig uitmesten van de stallen en voeren van de varkens. Ondanks de grote werkeloosheid is zijn personeelsverloop groot met acht mensen die het afgelopen jaar zijn vertrokken. Belangrijkste oorzaken: alcoholmisbruik en weinig motivatie.
Alle opties open
Op korte termijn ziet Tettero zich niet verkassen. „Ik begin nu echt geld te verdienen en het bedrijf loopt goed. Ik had van te voren minimaal een termijn van vijf jaar gepland en die wil ik ook volmaken.“ Voor daarna houdt hij alle opties open. Veel hangt af van zijn vriendin Annelies. Ze wil over anderhalf jaar haar studie Dier & Veehouderij aan de Hogeschool HAS Den Bosch afronden. Of er voor haar in Hongarije ook mogelijkheden zijn is een belangrijke factor in de toekomstplannen. Hoe dan ook, zijn Hongaarse ervaringen heeft hij al in ieder geval al mooi meegenomen.
„Ook al komen we met nul euro terug, we zijn jong en kunnen nog alle kanten uit.” Welk advies hij ondernemers meegeeft die in het Balkanland voor zichzelf willen beginnen? „Of het nu Hongarije of een ander land is, het eerste waar je rekening mee moet houden, is dat het geen Nederland is. In Nederland is alles top geregeld. Daarmee bedoel ik een goed netwerk, met snelheid, verantwoordelijkheid, netheid, kennis en vertrouwen. Ik had voor het Nederlandse bedrijfsleven kunnen kiezen, maar Hongarije is toch wel een zwaardere les.“
Hongarije
Hongarije heeft bijna 10 miljoen inwoners en is ruim twee keer zo groot als Nederland. De varkensstapel krimpt snel en bedraagt rond de 3 miljoen dieren. Ongeveer 60 procent wordt op grootschalige bedrijven met meer als 2.000 varkens gehouden. Een derde van de varkens bevindt zich nog in primitieve omstandigheden in de achtertuin van burgers. Het Balkanland kent nauwelijks familiebedrijven in de varkenshouderij. De varkensproductie vindt verspreid plaats met een lichte concentratie in het oosten waar het meeste graan wordt geteeld. Hongarije is een netto-importeur van varkensvlees.
Rob Tettero
In augustus 2010 is Rob Tettero (27) direct na zijn studie aan de Hogeschool HAS Den Bosch geëmigreerd naar Hongarije om een eigen vleesvarkensbedrijf te starten. Tettero emigreerde in eerste instantie samen met zijn vriendin Annelies Hut (21). Nadat ze een half jaar heeft gestudeerd in Hongarije is ze inmiddels weer terug in Nederland en bezig met haar voorlaatste jaar aan de Hogeschool HAS Den Bosch. Op anderhalf uur rijden van de hoofdstad Boedapest huurt Tettero in Kocsér een bedrijf met 2.700 vleesvarkens.
Hij werkt met een all-in all-out systeem. Tettero krijgt de Piétrain-biggen op 25 kg aangeleverd. Door veranderingen in het voer, genetica, een hete zomer en een verkeerde mycoplasma-enting geeft hij zijn technische resultaten over afgelopen jaar liever niet prijs. Volgens hem zijn de cijfers vrij uiteenlopend en geven ze geen eerlijk beeld. Al is hij zeker niet ontevreden over de resultaten.
Tekst: Ruben van Boekel
Beeld: Rob Tettero