'Stop met zeuren, straal trots en enthousiasme uit'
Dat adviseert marketingspecialist Olivier Wegloop. Hij gaf donderdag 17 mei een presentatie over marketing op het Pluimvee Symposium in Eersel (NB). Alle ruim 230 bezoekers waren muisstil en luisterden aandachtig naar zijn enerverend verhaal. „Veel mensen die ik spreek vinden boeren maar zeurpieten. Dat helpt niet mee om het imago te verbeteren. Dat terwijl het ei een fantastisch product is.”
Met simpele (marketing)aanpassingen kunnen pluimveehouders hun imago en het imago van de sector verbeteren. „Beantwoord mails beleefd en snel. Neem de telefoon netjes op. Sta mensen keurig te woord en straal enthousiasme uit”, adviseert Wegloop. Een veehouder heeft per dag meerdere contactmomenten; daarin moet hij volgens Wegloop enthousiasme uitstralen. Een pluimveehouder moet dit niet overdrijven. „Iemand moet wel altijd zichzelf blijven.”
En hij vervolgt: „Neem eieren: ze zijn lekker, gezond en hebben een lage CO2 footprint. Eieren hebben dus veel positieve eigenschappen. Dat moet de sector promoten”, vindt Wegloop. Volgens de marketingspecialist moet de hele sector hier aan meewerken. Al moet het ook niet te lang duren. „Als iedereen van LTO er een plasje overheen moet doen, duurt het veel te lang.”
Irrationeel
Mensen denken dat ze rationeel handelen, maar zijn irrationeel. Wegloop noemde het voorbeeld van twee restaurants waar hij was geweest. „Bij het ene restaurant was het eten en drinken perfect, maar was de ober onaardig en sacherijnig. Daar komen we dus nooit terug.”
„Bij het andere restaurant kregen we aardappeltjes in plaats van frietjes, knoeide de ober wijn over mijn vrouw, maar was de ober een enthousiaste joviale vent. Bij dat restaurant komen we nu nog regelmatig terug. Persoonlijk contact is erg belangrijk.”
Als bedrijf is het belangrijk om zoveel mogelijk enthousiaste, winstgevende en terugkerende klanten te krijgen. Dat is volgens Wegloop de taak van marketing. Goede mensenkennis is daarvoor erg belangrijk. „Als bedrijf moet je bij je klanten een goed gevoel creëren. Dat geldt zeker in de intensieve veehouderij.”