Varkensvleesprijs in de winkel vorig jaar ruim 4 procent gestegen
Die stijging van 3,8 procent vorig jaar was een van de hoogste in de eurozone. Alleen in Slowakije nam die nog meer toe. De stijging van de gemiddelde vleesprijs in België en Duitsland was ongeveer de helft van die in Nederland. In Ierland, Cyprus, Finland en Griekenland daalden ze zelfs.
Ondanks die stijging behoort Nederland tot de vijf landen in de eurozone waar naar verhouding het minst aan vlees wordt uitgegeven. Van de totale aankopen in de winkel gaat hier iets meer dan 21 procent naar vlees (inclusief vleeswaren). Het meeste besteden de Belgen in de winkel; bijna 28 procent van hun geld gaat naar vlees en vleeswaren.
Keurmerken
De forse stijging van varkens- en pluimveevlees heeft volgens Dé van de Riet (woordvoerder Centrale Organisatie voor de Vleessector COV) twee mogelijke oorzaken. „Het kan een soort van inhaalslag zijn. Vergeleken met het hoger geprijsde rundvlees waren varkens- en pluimveevlees altijd wat goedkoper. Daarnaast is er een ontwikkeling dat consumenten meer willen betalen voor producten met keurmerken zoals Beter Leven. Dat hebben ze in enquêtes altijd wel gezegd, maar in de winkel was het een ander verhaal. Nu lijkt dat toch te gaan veranderen; er is meer interesse en mensen willen meer neerleggen voor producten met een keurmerk. Ik verwacht daarom ook dat deze prijsstijgingen ook komende jaren zullen doorzetten.”
Publiekstrekker
Of de prijsstijging in de winkel ook een goede zaak voor de boer is, dat weet Van de Riet niet. „Het is natuurlijk zo dat slechte prijzen niet helpen en dat goede prijzen in ieder geval meer lucht in de hele keten geven. Of dat ook meer marge voor de boer betekent kan ik niet zeggen. Feitelijk wordt het prijsbeleid door de supermarkten bepaald. Vlees is nog steeds een echte publiekstrekker. Zeker is in ieder geval dat tussen boer en supermarkt te veel schakels zitten om te kunnen zeggen dat een hogere winkelprijs goed nieuws is voor die boer. Maar lagere prijzen helpen hem in ieder geval niet.”
Tekst: Lauk Bouhuijzen
Beeld: Ellen Meinen