Ineke ter Haar-Koier: passie en discipline
Het verhaal gaat dat aan het erf is af te lezen hoe de varkenshouder draait. Een opgeruimd erf betekent goede technische resultaten. Wie het terrein bij maatschap Ter Haar-Koier in het Gelderse Geesteren komt oprijden, ziet dat het er opvallend strak en opgeruimd bij ligt.
Als even later op het buitenterras de technische resultaten er bij worden gehaald, zijn Ineke en Gerrit het levende bewijs dat deze stelling bij hun opgaat. Gekeken naar de afgelopen 12 maanden haalden ze bij de zeugen 32,6 gespeende biggen en de gemiddelde groei bij de vleesvarkens reikte tot de 860 gram. Toch waarschuwt Ineke: „We doen hier niet zo veel speciaal.”
Dagelijks ritueel
Begin dit jaar mocht Ineke op een bijeenkomst van Varkensnet in Deventer voor een groep zeugenhouders meer vertellen over haar aanpak in de kraamstal. Ineke is verantwoordelijk voor de werkzaamheden in de kraamstal. Haar man Gerrit voor de gespeende biggen, dragende zeugen en dekstal.
Elke ochtend begint zij om 06:15 uur met het voeren in de kraamhokken. Na de eerste controle volgt het ontbijt. Met het ontbijt op variëren de werkzaamheden per dag. Om 16:00 uur begint het dagelijks terugkerende ritueel weer met het voeren van de zeugen in de kraamhokken. Na het voeren zorgt ze dat rond 18:00 uur het eten thuis op tafel staat.
Een half uur later staat Ineke in de vleesvarkensstal om een tweede snelle controle die dag bij de vleesvarkens te doen. Ze beoordeelt de voerbakken op inhoud om te kijken of de hoeveelheid voer goed staat afgesteld. Rond 19:30 uur doet ze staldeur voor de laatste keer dicht en zit haar werkdag er op.
Om dit dagelijks te doen, moet je volgens haar passie voor het vak en zelfdiscipline hebben. Dat ze passie heeft, blijkt wel als Gerrit even later het gesprek verlaat om bij een zeug te kijken die aan het biggen is. Bij zijn terugkomst is ze direct afgeleid. „En hoeveel biggen heeft de zeug?”
Moedereigenschappen
In eerste instantie was Ineke fulltime doktersassistente. Pas bij de verhuizing van Haarlo naar Geesteren zeven jaar geleden ging ze door de grotere bedrijfsomvang meer thuis werken. Korte tijd later verruilde ze haar witte doktersjas definitief voor een blauwe overall. „Ik kwam er al snel achter dat dit werk mij wel ligt.”
Ineke geeft aan dat ze veel profijt heeft van haar moederbestaan en het voormalige werk als doktersassistente. „De moedereigenschappen die ik leer bij het eten en verzorgen van mijn kinderen gebruik ik dagelijks in het kraamhok. Maar ook het leren met mensen omgaan en de verzorging als doktersassistente komen mij goed van pas.”
Roosvicee-pompje
Ineke en Gerrit werken met weekgroepen van ongeveer twintig zeugen. De vijf kraamafdelingen met elk twintig hokken zijn hier op afgestemd. Het merendeel van de zeugen is op maandag uitgeteld. De werpende zeugen worden nauwlettend in de gaten gehouden. Is de laatst geboren big opgedroogd en ligt er nog geen nageboorte, dan wordt er op de zeug gevoeld.
Na de geboortehulp krijgt deze zeug direct een injectie met het hormoon Oxytocine en antibioticum Penicilline. Als de zeug is uitgebigd, gaan de biggen met de meeste buikvulling een paar uur de krat in. Ineke wil zo de andere biggen voldoende biest laten drinken. De zwakke biggen krijgen een Roosvicee-pompje. Dit is gewone Roosvicee uit de supermarkt waarmee Ineke de zwakste jongelingen een energieboost wil geven. Van de twintig biggen die ze hier wekelijks mee behandelt, schat de varkenshouder dat ze er minstens een paar mee redt.
Na het biggen legt ze de direct de kleinste biggen bij de zeugen die hier het meest geschikt voor zijn. Bovendien krijgen deze tomen de beschikking over extra vers water in een bakje om ze zo goed mogelijk te laten opstarten. De biggennesten strooit ze dagelijks in met kalk. „Het droogt op, het ontsmet en werkt goed tegen diarree”, somt Ineke de voordelen op. Wel adviseert ze om de duurdere kalk te nemen van ongeveer 30 euro per 25 kg. „De goedkopere heeft volgens ons niet dezelfde werking.”
Pleegmoeder maken
De maandag gebruikt Ineke ook om de eerder geboren biggen te behandelen met ijzer, staartjes te couperen en oornummers in te blikken. Dinsdags werkt ze overdag de boekhouding bij. De woensdag staat in het teken van spenen en donderdag worden de gereinigde kraamhokken weer bevolkt met hoogdragende zeugen. De zeugen die op donderdag nog niet hebben gebigd, krijgen een injectie met Planate.
Op vrijdag ent ze samen met Gerrit de kraambiggen, die een week oud zijn, met Mycoplasma. Zaterdag behandelt ze de biggen die later zijn geboren met ijzer en worden de staartjes gecoupeerd en oornummers ingebracht. Mocht er een pleegmoeder nodig zijn, dan gebruikt ze hier de dinsdagavond voor.
De insteek is om in elke kraamafdeling één hok leeg te laten. Dit kraamhok is uitgerust met een Mambo kunstzeug en er hangen extra drinknippels. De biggen die een week eerder zijn geboren en minimaal zeven dagen oud komen bij de kunstzeug te liggen. Het overschot van pasgeboren biggen die enkele dagen oud zijn, komt bij de pleegzeug te liggen waar de oudere biggen zijn weggehaald. Ze streeft ernaar om steeds meer de tomen bij elkaar te houden. Al wil ze dat dit niet ten koste gaat van de uitval. Nu wil ze vijf dagen na het werpen definitief van de tomen afblijven. „En dat lukt aardig”, lacht ze.
Hoestje in biggenstal
„Elke verandering is geen verbetering”, reageert Ineke op de vraag wat ze graag nog zou willen veranderen. „Het gaat nu goed in de kraamhokken.” Wel erkent ze dat er net als elk ander bedrijf nog voldoende verbeterpunten zijn. „Ik wil de uitval tot spenen van negen procent omlaag hebben.” Samen met hun voerfabrikant is ze op zoek naar mogelijke oorzaken.
Uit spek- en spiermetingen bij de zeugen blijken bij de hoogdragende zeugen in de week voor biggen de spierdikte fors achteruit te gaan. Om dit te verhelpen, is ze nu enkele maanden bezig met het proberen om de voergift vlak voor het werpen te verhogen. Een verlaagde uitval in de kraamstal kan ze nog niet merken.
Het grootste euvel voor Ineke en Gerrit ligt niet in het kraamhok, maar in de biggenstal. Steevast twee tot drie weken na het spenen krijgen ze een lichte niest bij de biggen. Meestal vlakt het hoestje af en heeft de voeropname en groei er weinig onder te lijden. Soms wordt het erger en is een koppelbehandeling onontkoombaar. Wie de technische resultaten bij de vleesvarkens bekijkt zal niet zeggen dat ze er op latere leeftijd onder lijden. Over de gehele linie presteren ze bovengemiddeld.
Het dagelijkse werk bij de vleesvarkens hebben ze uitbesteed aan zzp’er Arjan die 25 uur per week bij de familie Ter Haar-Koier werkt. Alleen het uitzoeken en afleveren van slachtrijpe dieren doen ze samen met Arjan. Ze leggen de beren en gelten apart op. De dieren liggen op één vierkante meter en ze zijn bij het Good Farming Star concept van Vion aangesloten. Niet wekelijks, maar eens in de tien dagen leveren ze vleesvarkens. „Dit geeft ons en de dieren iets meer rust”, verklaart Gerrit.
Financiële beloning
Tijdens de bijeenkomst van Varkensnet in Deventer oogstte Ineke volop bewondering bij de aanwezige varkenshouders met haar aanpak in de kraamstal. Toch was de algemene opinie in de zaal: ‘De hele dag in de stal is niets voor mij.’ Voor Ineke geldt dit niet. Ze haalt haar voldoening uit het secure werken.
„Als ik ergens voor ga, is het voor 100 procent. Ik ben daar heel precies in.” Ze hamert op aandacht, hygiëne en de drie r’s (regelmaat, reinheid en rust). Verder onderstreept Ineke het belang van een goede samenwerking. „Gerrit en ik kunnen dit goed en dat is belangrijk als je op elkaar bent aangewezen.”
Op de vraag of die extra gespeende big financieel iets oplevert, zegt ze: „Recente studies hebben aangetoond dat die extra big zeker wel financieel uitkan. Voor ons als gezinsbedrijf kan het altijd uit, omdat de extra arbeid die we er in stoppen gratis is.” Zelf kijkt ze vrij nuchter tegen de uitstekende resultaten aan. „Daar doen we het niet voor. Wel zien we het als beloning.”
Eerst in Haarlo gemengd bedrijf
Oorspronkelijk hadden Ineke (49) en Gerrit (53) ter Haar-Koier een gemengd bedrijf met 35 koeien en 125 zeugen in het plaatsje Haarlo in de Achterhoek. Doordat ze binnen de bebouwde kom zaten en de mogelijkheden beperkt waren, togen ze zeven jaar geleden op eigen initiatief naar het nabijgelegen Geesteren om een heel nieuw bedrijf met woonhuis neer te zetten.
In eerste instantie ging het om een vermeerderingsbedrijf met 400 zeugen. Twee jaar geleden kwam daar een vleesvarkensstal voor 2.900 dieren bij. Als genetica gebruiken ze Topigs20 x Tempo. Ze hebben een vaste mester waar ze op jaarbasis 3.000 dieren afzetten. Af en toe zetten ze nog biggen bij een tweede mester af. Zzp’er Arjan die 25 uur per week werkzaam is bij de maatschap Ter Haar-Koier, is verantwoordelijk voor de vleesvarkens. Ineke zorgt voor de kraamstal en Gerrit zijn werk spitst zich toe op de gespeende biggen, dragende zeugen en de dekstal. Hun zoons Rick en Stefan helpen regelmatig mee op zaterdag en in de vakanties.
Tekst: Ruben van Boekel
Beeld: Susan Rexwinkel