Spaanse varkensvleesproductie blijft fors groeien
Terwijl politiek en maatschappij roepen dat de Nederlandse varkenshouderij moet krimpen en dat in Nederland geen plaats is voor een exportgedreven varkenshouderijsector die de wereld voedt, slaat Spanje met succes een heel andere weg in. Het land heeft ingezet op groei in productie en afzet, maar ook in verdere modernisering van de varkenshouderij. De groei in Spanje is vooral exportgedreven.
Geen windeieren
Deze insteek heeft de Spaanse varkenshouderijsector geen windeieren gelegd. Ze is hard op weg om de grootste Europese producent en exporteur van varkensvlees te worden. In 2017 exporteerde het 3,5 miljard euro aan varkensvlees en is daarmee de derde grootste exporteur ter wereld. Ten opzichte van 2013 gaat het om een toename van bijna 30 procent. Duitsland, de grootste exporteur van varkensvlees ter wereld, genereerde een exportwaarde in 2017 van 4,1 miljard euro. Spanje exporteert daarnaast het meeste varkensvlees naar China met een exportmarktaandeel van 19,5 procent in 2017. Ter vergelijking: Nederland exporteerde in 2017 ongeveer 1,9 miljard euro aan varkensvlees en heeft een exportaandeel in China van 7,1 procent.
Varkensprijs
In Spanje is de varkenssector de belangrijkste vleessector met 67,88 procent van het totale aandeel. Ze produceerde 1.227.493 ton in het eerste trimester van 2018, wat een stijging met 6,1 procent betekent. Wat het aantal geslachte varkens betreft, werden in de eerste drie maanden van 2018 in totaal 13.666.957 stuks geslacht, hetgeen een stijging van 3,83 procent betekent ten opzichte van dezelfde periode in 2017. De varkensprijs is met 1,61 euro per kilogram (ISN-prijs) tevens een van de hoogste in Europa.
