RIVM heeft een derde ammoniakmeetpunt vlakbij stal

De meetstations waren oorspronkelijk niet neergezet om ammoniak te meten, vertelt hij. In de jaren 80 werd vooral gekeken naar zwaveldioxide, NOx en ozon. Pas later werd besloten om het LML-netwerk ook in te zetten voor ammoniakmetingen.
Geen probleem meer
Maar tegenwoordig is de nabijheid van stallen bij de LML-meetstations geen probleem meer, stelt Van Pul. Het RIVM gebruikt tegenwoordig vooral het Meetnet Ammoniak in Natuurgebieden (MAN) voor het bepalen van ammoniakconcentraties. De voornaamste taak van de LML-stations, die nauwkeuriger kunnen meten dan de MAN-stations, is nu om die laatste te ijken.
Lees het volledige interview met RIVM-wetenschapper Addo van Pul zaterdag 16 juni in de agrarische regionale vakbladen Stal & Akker, Vee & Gewas, Veldpost en Agraaf. Klik hier om een gratis proefnummer voor één van deze agrarische vakbladen aan te vragen.