Voorkom de herfstdip bij zeugen
Dit uit zich in een verlengd interval spenen-dekken, verminderde berigheid en meer terugkomers. Vanaf januari zien we dit terug in kleinere tomen en minder vitale biggen. We geven u een aantal tips om de herfstdip soepeler door te komen.
1) Lacterende zeugen
De optimale comforttemperatuur van zeugen is 16˚C. Daar zitten we eigenlijk altijd boven en zeker in de zomer. De zeug kan de warmte slecht afvoeren waardoor de voeropname daalt. Dit leidt tot een flink conditieverlies waardoor de vruchtbaarheid minder wordt. In het najaar worden de dagen korter waardoor de vruchtbaarheid verder verslechtert. U kunt de zeugen ondersteunen door ze extra licht te geven en door te compenseren met het voerschema. Vraag uw specialist wat hierin de optimale instellingen zijn.
2) Zeugen in de dekstal
Vaak is er in het najaar een langer interval van spenen-dekken. Om dit te voorkomen is een goede voeropname in de kraamstal van belang. Ook in de dekstal moet er op een aantal zaken worden gelet:
- Zorg ervoor dat het niet teveel afkoelt in de dekstal. Houd de temperatuur tussen de 20 en 25˚C. Let er vooral op dat het ’s nachts niet te veel afkoelt. In het najaar kan het ’s nachts al flink koud zijn.
- Zorg voor een duidelijk dag-en-nachtritme met voldoende licht (minimaal 16 uur).
- Als er in het interval spenen-dekken drachtvoer wordt gevoerd, dan is het geen overbodige luxe om 150-250 gram dextrose per zeug per dag bij te voeren. Verdeel dit bij voorkeur over twee porties. Ook een extra mineralensupplement (bijvoorbeeld Profert) kan de zeug ondersteunen.
- Flushvoer is in deze periode extra belangrijk. Dit geeft de dieren extra energie en het ondersteunt de hormoonhuishouding.
3) Dragende zeugen
Tijdens de herfstdip is er vaak een te groot aantal zeugen dat tussen de 20e en 25e dag verwerpt. Dit zijn onregelmatige terugkomers. Hierbij enkele tips om terugkomers te voorkomen:
- Vanaf september mogen pasgedekte zeugen wat harder worden gevoerd. Zo merken ze minder dat het najaar, oftewel het mindere seizoen, is aangebroken. Dit geldt overigens niet voor gelten; deze moeten de eerste week na het dekken niet te hard worden gevoerd.
- Let er in het najaar op dat het in de wachtstal niet te koud wordt (18-25˚C).
- Zorg de eerste maanden van de dracht voor een duidelijk dag-en-nachtritme met voldoende (kunst) licht (minimaal 16 uur), net als in de dekstal.
4) Vitaminen en mineralen
Tijdens de verharingstijd of op momenten dat de weerstand onder druk staat is het raadzaam om extra vitaminen en mineralen te verstrekken.
- AR heeft verschillende toevoegingen in het assortiment die verstrekt kunnen worden in het voer, zoals Vitaspor Univers.
- In de bronstfase kunnen er ook voedingssupplementen toegepast worden zoals Profert.
5) Berensperma
Ook beren hebben last van een herfstdip. Sperma van de KI wordt streng gecontroleerd, maar bij gebruik van een eigen beer moet men er zelf alert op zijn. Een paar tips:
- Controleer de spermabox regelmatig op verschillende tijdstippen en doe hem niet te vol.
- De spermaproductie kan verstoord raken door een hoge temperatuur in de teelballen van de beer. Dit kan het gevolg zijn van extreem hoge buitentemperaturen. Omdat het proces van spermaproductie lang duurt, kan het na de warme periode nog vier tot zes weken duren voor de spermaproductie is hersteld.
Succes met de inzet van de adviezen
We helpen u graag om uw zeugen het najaar glansrijk door te laten komen.