De ziekte Wegkwijnziekte (Circo)
Verschijnselen
PMWS geeft problemen met verschillende lichaamsfuncties. Longen, nieren, lever en maag/darmen kunnen aangetast worden, dieren worden bleek, enz. Meestal is er een sterk verhoogde uitval tussen 6 en 16 weken leeftijd. PDNS geeft typische nier- en huidafwijking, gekenmerkt door rode huidvlekken, vooral op de hammen. Soms wordt dit beeld gezien bij slechts een enkel dier, soms wordt ca. 10 procent van de dieren getroffen. Dit ziektebeeld lijkt veel op verschijnselen die ook bij varkenspest kunnen optreden.
Oorzaak
Als primaire ziekteverwekker wordt het Circo-2 virus genoemd. Hoewel het Circo-2 virus op veel bedrijven kan worden aangetoond, heeft niet elk besmet bedrijf last van de door PMWS gekenmerkte ziektebeelden. Vooral de combinatie van enkele andere infecties tezamen met het Circo-2 virus en slechte bedrijfsomstandigheden houdt men momenteel verantwoordelijk voor de ernstige ziekteverschijnselen en de uitval. Besmettingsroute
De overbrenging van het virus kan met de aanvoer van varkens gebeuren, via sperma, of via wondjes, bijvoorbeeld na vechten. Het Circo-2-virus kan zich ook via de baarmoeder van de zeug naar de big verplaatsen. Uit een onderzoek naar de aanwezigheid van afweerstoffen tegen Circo-2 in Nederland bleek dat op alle onderzochte bedrijven dieren een Circo-2 infectie hadden gehad. Dit komt overeen met de resultaten in de ons omringende landen. Op bedrijven waar het virus voorkomt, is gebleken dat bij 80-100 procent van de zeugen en oudere vleesvarkens antistoffen voorkomen. Uit de analyses van de bedrijfsgegevens komt naar voren dat op PMWS-bedrijven tevens PDNS voorkomt, en omgekeerd. Dit duidt erop dat PMWS en PDNS eenzelfde gemeenschappelijke factor hebben, bijvoorbeeld een PCV2-infectie.
Schade
PMWS komt voor bij biggen van 2 tot 20 weken oud. Vooral in de leeftijd van 6 tot 16 weken lijkt zich de grootste malaise voor te doen. De uitval bij gespeende biggen kan oplopen tot ca. 10 procent, maar periodieke uitschieters tot 50 procent zijn bekend. De ziekte blijft lang op het bedrijf aanwezig, mogelijk meerdere jaren met fluctuerende uitvalspatronen. De gemiddelde groei als gevolg van PMWS kan dalen met 50 gram/dier/dag Gevolgen voor de mens
PMWS heeft geen gevolgen voor de mens. Diagnose Wegkwijnziekte
De diagnose kan worden gesteld:
- Op basis van klinische verschijnselen
- Met behulp van sectie-onderzoek: Hiervoor worden meerdere (3 of 4) representatieve dieren ingestuurd [link naar inzendformulier sectie zoogdieren]. Laat de dierenarts deze dieren mee uitzoeken en euthanaseren. Belangrijk is dat hij ook op het inzendformulier aangeeft welke specifieke onderzoeken hij wil hebben.
- Met behulp van bloedonderzoek: Hiermee zijn infecties met een aantal specifieke ziektekiemen aan te tonen. Welke dieren en hoeveel er bemonsterd moeten worden is afhankelijk van het gewenste onderzoek. Daarnaast kunnen ook afweerstoffen tegen de PCV-2 worden aangetoond en het virus zelf.
De diagnose PMWS wordt gesteld wanneer samen met de beschreven verschijnselen, het typische sectiebeeld en in voldoend hoge mate het Circo-2 virus wordt aangetoond in de longen en/of lymfeklieren. Biggen lijdende aan PMWS hebben een sterk verhoogd aantal Circo-virusdeeltjes in deze organen.
Risicofactoren voor Wegkwijnziekte
Om de schade door Wegkwijnziekte te beperken is het zaak om mogelijke risicofactoren stuk voor stuk na te lopen en waar mogelijk aan te passen. De maatregelen zijn als volgt in te delen:
Maatregelen om de weerstand te verhogen en de infectiedruk te verlagen
- Voeding en conditie van de zeug hier wordt de basis gelegd voor een vitale en gezonde big en voldoende biestproductie van goede kwaliteit.
- Optimalisatie biestopname biggen zijn in de eerste vier tot acht weken grotendeels afhankelijk van de antistoffen die in de eerste 24 uur na de geboorte met de biest zijn opgenomen. Snel, veel en goede kwaliteit zijn dan ook belangrijke steekwoorden. Via een natuurlijke besmetting en/of vaccinatie van de zeug zijn antistoffen in de biest tegen specifieke ziekteverwekkers eventueel te stimuleren of te verhogen.
- Beperk overleggen leg biggen zo mogelijk alleen over in de eerste 48 uur na de geboorte, en nadat ze voldoende biest hebben kunnen drinken. Later overleggen gaat gepaard met extra stress bij de big (verlaging weerstand) en mogelijke verspreiding van ziektekiemen als reeds besmette biggen in contact komen met nog niet besmette biggen.
- Beperk mengen bij spenen en opleg op de mesterij ook hier vanwege stress en snellere verspreiding van ziektekiemen. Mengen is natuurlijk niet helemaal te voorkomen, maar het is wel even iets anders of er in één hok biggen terechtkomen van tien verschillende tomen of van slechts twee of drie tomen. Grote groepen moeten in deze duidelijk als een risicofactor gezien worden! Door de sterke toename van contacten tussen biggen zullen allerlei infecties zich makkelijker verspreiden. Ook klimaattechnisch kan dit soms problemen opleveren.
- Voorkom overbezetting zowel door het beperktere oppervlak als het kleinere stalvolume per dier zal de infectiedruk snel toenemen. Hierdoor komt men bovendien snel in een vicieuze cirkel terecht waarbij de overbezetting toeneemt door problemen met afleveren wegens lagere groei.
- Optimalisatie klimaat een slecht klimaat speelt vaak een grote rol bij PMWS-problemen. De investering om een echte klimaatspecialist het bedrijf eens goed door te laten lichten, staat in geen enkele verhouding tot de schade bij een suboptimaal klimaat. Doen dus! Vraag bij GD naar de klimaatspecialist voor de varkenshouderij, telefoon 0900 1770.
- Optimalisatie voeding hier is veel over te zeggen, maar ook nog veel onbekend. Bijproducten, met wisselende kwaliteit en samenstelling en/of gisting kunnen een risico zijn, evenals mycotoxinen.
- Wering van ongedierte als vliegen en vogels hoewel van het Circo-virus niet bekend is of het op deze manier wordt overgebracht, geldt dit wel voor een aantal secundaire bacteriën. Zorg dus dat andere dieren, inclusief de eigen hond of kat, geen toegang hebben tot de varkens.
- Algemene hygiëne dit is een zeer breed begrip en kan van alles en nog wat omvatten. Denk aan schone, regelmatig uitgekookte injectiespuiten, minstens een nieuwe naald per toom of hok, de ziekenboeg dagelijks als laatste betreden of zelfs een aparte overall en laarzen voor de ziekenboeg.
- Reiniging en desinfectie houd de besmettingsdruk vanuit de omgeving op een zo laag mogelijk niveau. Dat daarmee ook de ‘goede bacteriën’ kapot gemaakt worden is misschien wel waar, maar die worden door de nieuwe biggen wel weer meegebracht en die hoeven ze dus echt niet vanuit de omgeving op te nemen.
- Verwijderen van zieke dieren uit de hokken als er één manier is om gezonde dieren ziek te maken, is het om ze in direct contact met zieke dieren te huisvesten. Zieke dieren horen dus te worden verwijderd uit de hokken en in een apart hok in de afdeling samen te worden gebracht. In eerste instantie is daarvoor de ziekenboeg bedoeld, maar als het probleem groter wordt, kan het zelfs nodig zijn om er een hele afdeling voor in te richten.
Maatregelen ter bestrijding van secundaire infecties
- Medicatie
Voor een goed effect moet langdurig en preventief worden gemedicineerd. Secundaire bacteriën krijgen dan geen kans, mits ze gevoelig zijn voor het gebruikte antibioticum. Bedenk echter dat langdurig antibioticumgebruik nadelige gevolgen kan hebben voor de opbouw van afweerstoffen tegen deze bacteriën bij een deel van de biggen.
- Vaccinatie
Het doel hiervan is om specifiek bepaalde secundaire ziekteverwekkers aan te pakken. Vaccineren van zeugen geeft biest met meer antistoffen, vaccineren van biggen levert een actieve immuniteit op. Vaccineren van biggen die nog in de actieve besmettingsfase zijn van het Circo-virus kan soms een averechts effect hebben.
Aanpak Wegkwijnziekte
Behandeling/Preventie
Er is geen specifieke behandeling tegen het Circo-2-virus. Er kan sinds kort wel tegen worden gevaccineerd. Daarnaast richt de bestrijding zich hoofdzakelijk op de bestrijding van de secundaire infecties. Vaccinaties dienen ongeveer vier weken voor het op gang komen van de Circo-2 infectie in deze groepen biggen te hebben plaatsgevonden. Is deze periode korter dan kan de kans op averechtse immuniteitsreacties toenemen.
Bedrijfsspecifieke vaccins
Tegen sommige ziekteverwekkers zijn geen vaccins in de handel. In een aantal gevallen is het mogelijk om dan een bedrijfsgebonden vaccin te maken. Het bekendste voorbeeld hiervan is het streptococcenvaccin dat op veel bedrijven naar tevredenheid wordt gebruikt.
Tekst: Varkensziekte.nl