Aanvragen varkensbedrijven Lbv en Lbv-plus flink gestegen
447 varkenshouders schrijven zich in voor stoppersregelingen Lbv en Lbv-plus
Het aantal aanvragen van veehouders voor Lbv en Lbv-plus stijgt gestaag. Waren er dat op 20 oktober nog 644, inmiddels is dat aantal gestegen naar 947. Van de 447 aanvragende varkenshouders, zit het merendeel in Brabant en Limburg. Dat meldt de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) in haar actueel overzicht. Opvallend is dat in Zuid-Holland nog steeds geen enkele veehouderij een aanvraag heeft in gediend.
De Lbv-regeling sluit 1 december, die van de Lbv-plus loopt nog tot 5 april 2024.
Ook voor beide
RVO heeft 401 specifieke aanvragen voor de regeling Lbv-plus en 358 specifiek voor de Lbv-regeling ontvangen. 215 bedrijven dienden een aanvraag in voor één van beide. Van de 974 aanvragen zijn er 447 afkomstig van varkenshouderijbedrijven, 153 uit de pluimveehouderij, 213 aanvragen komen van melkveebedrijven en 104 van een vleeskalverbedrijf. De overige 57 aanvragen komen van bedrijven met meerdere diersoorten ofwel gemengde bedrijven.
In totaal hebben 37 veehouders definitief besloten gebruik te maken van de Lbv-plus regeling. Daarvan zijn er 36 toegekend, één is er afgewezen.
Nog geen beëindiging
De cijfers geven volgens RVO een beeld van de belangstelling voor de subsidies. Dit is niet hetzelfde als het aantal veehouders dat een of meer locaties gaat beëindigen en straks ook daadwerkelijk gaat beëindigen. RVO gaat de aanvragen namelijk nog beoordelen. Aanvragen die aan de voorwaarden voldoen, kunnen subsidie krijgen. Daarbij kunnen aanvragers op een later moment ook nog beslissen om niet mee te doen aan de subsidie. Pas als een veehouder wil meedoen met de subsidie, moet hij of zij die overeenkomst binnen zes maanden ondertekenen en terugsturen.
Varkensbedrijven
Van de aanvragen door varkensbedrijven komen er 121 uit Limburg en 142 uit Brabant. In Gelderland vroegen 91 varkensbedrijven een regeling aan en in Overijssel waren dit 54 varkensbedrijven. Verder zijn er aanvragen van dertien varkenshouderijen in Drenthe, zes in Zeeland, vijf in Flevoland en Friesland, vier in Utrecht en drie in Groningen en Zuid-Holland. Uit Noord-Holland heeft zich als enige provincie nog geen varkensbedrijf gemeld.