Deze week nieuw GLB-akkoord verwacht
De Europese Commissie wil extra groene maatregelen op boerenbedrijven afdwingen door deze te koppelen aan 30 procent van de bedrijfstoeslagen vanuit het GLB (vergroeningspremie). LTO Nederland ziet ook dat verdere verduurzaming in de EU noodzakelijk is, maar vindt de inzet om goede landbouwgronden niet te benutten en micromanagement op bedrijven een verkeerde weg. LTO Nederland heeft alternatieven aangedragen in de vorm van certificering en collectivisering van de vergroeningsdoelstellingen. Daarnaast verzet LTO Nederland zich tegen een koppeling van deze vergroeningsmaatregelen aan de overige 70 procent van de bedrijfstoeslagen (basispremie). Het is nu de vraag wat er in het eindpakket over deze zaken wordt afgesproken.
Eerlijk speelveld
In algemene zin is door de medebeslissingsrol van het EP en de uitbreiding van de Europese Unie het besluitvormingsproces nog complexer geworden. Dit leidt er nu toe dat veel flexibiliteit in het gebruik van het GLB wordt gebouwd en daardoor totaal uitlopende toepassingen van het beleid zullen plaatsvinden. LTO Nederland denkt dat dit op lange termijn ten koste gaat van de politieke geloofwaardigheid in het algemeen en die van de Europese Unie in het bijzonder. LTO Nederland pleit voor het zoveel mogelijk vasthouden aan communautaire kader van subsidies en voorwaarden.
Geleidelijke overgang
De verdeling van bedrijfstoeslagen vanuit het GLB tussen bedrijven zal in de toekomst worden gebaseerd op grond in plaats van historische ontvangsten of productie. Dit heeft tot gevolg dat sectoren als kalverhouderij, intensieve melkveehouderij en aardappelzetmeelsector te maken krijgen met een forse inkomensteruggang, waarvan nog de vraag is of de markt dit kan opvangen. LTO Nederland wil een aanpassing van de regels om stap voor stap naar de nieuwe verdeling toe te groeien.
Specifieke belangen
In het nieuwe GLB zitten ook regels die impact hebben op specifieke sectoren. LTO Nederland heeft zich ingezet om alle sectoren, en dus ook bomen- en bollenkwekers onder het nieuwe GLB te laten vallen. Dit houdt in dat ook zij in aanmerking kunnen komen voor bedrijfstoeslagen. Verder heeft de kalverhouderij een stelsel van speciale toeslagrechten, die op de tocht staan. LTO maakt zich er sterk voor dat deze rechten t/m 2020 nog kunnen worden verzilverd.
Afroming geld
De Europese instellingen willen dat lidstaten geld kunnen overhevelen van het potje Directe Betalingen voor boeren (pijler 1) naar het potje voor plattelandsbeleid (pijler 2) en andersom. LTO Nederland is hier tegen vanwege verdere afbrokkeling van het gelijke speelveld en grote financiële nadelen voor Nederland bij de herverdeling van het GLB tussen lidstaten. Daarbij wil LTO Nederland dat overheveling naar plattelandsbeleid onder dezelfde regels komt te vallen als de andere gelden in het plattelandsbeleid. De nationale overheden zouden in geval van ‘overheveling’ verplicht moeten worden tot co-financiering.
Innovatie en verjonging
LTO Nederland wil dat het nieuwe beleid voldoende ruimte biedt voor het verbeteren van de positie van jonge boeren door een extra directe betaling en door innovatie te stimuleren via het plattelandsbeleid.
Tekst: Ruben van Boekel, LTO Nederland