Mestprijzen

Het jaarrond kunnen aanbieden van de vaste fractie mest wat logistieke voordelen en een lager afzettarief kan opleveren. Dat is het doel van de mestcluster vaste fractie die de Producenten Organisatie Varkenshouderij (POV) wil opzetten.

De varkensstapel krimpt in Nederland. Dalen de afzetprijzen van varkensmest hierdoor ook? Wat denkt u? Stem op onze onderstaande stelling.

De afzet van varkensmest verloopt goed dit voorjaar. Volgens mestdistributeurs zijn de meeste putten leeg en zijn vraag en aanbod in evenwicht. Varkenshouders moeten tussen de 16 en ruim 20 euro per ton onbewerkte drijfmest neertellen.

In 2020 heeft de mestverwerker Merensteyn, van coöperatie Mestac ruim 170.000 ton mest verwerkt. Ondanks deze hoge verwerking kunnen varkenshouders nog steeds aansluiten. Door een lager fosfaattarief valt het aanlevertarief circa 2,50 euro lager uit.

De adviezen vliegen je om de oren als je de krant openslaat of een nieuwsrubriek op televisie kijkt. Heel veel mensen hebben blijkbaar verstand van agrarische economie en ondernemerschap.

Mestverwaardingsinstallatie Twence houdt komende week in Zenderen (OV) inloopdagen voor varkenshouders. Zij kunnen van maandag 15 april tot en met vrijdag 19 april informatie krijgen over de plannen van Twence.

De PvdD is tegen de komst van de grootschalige biogasinstallatie/mestverwerker naar het bedrijventerrein Chemelot in Sittard-Geleen. Fractievoorzitter Plusquin verwacht dat deze zal worden gebruikt voor verwerking van illegale mest.

Er is dit voorjaar minder rundveedrijfmest. Ook zitten de mestopslagen bij de akkerbouwers niet vol. Er bereiken de POV berichten dat de druk op de mestmarkt minder groot is dan voorheen wat een gunstig effect heeft op de afzetprijzen.

De vestiging van een biogasinstallatie, met een jaarlijkse verwerkingscapaciteit van 700.000 ton drijfmest en een productie van 60 miljoen m3 biogas, op het Chemelot terrein in Geleen, is een stap dichterbij gekomen nu een SDE+ subsidie is toegekend.

Varkenshouders denken vaak te positief over de opbrengst en de kostprijs. Regelmatig moet Countus kostenposten achteraf bijstellen, terwijl de opbrengsten ook tegenvallen. Dat stelt Countus bij de presentatie van haar Vleesvarkens- en Zeugenindex.